|
|
|
|
Treffers 84,401 t/m 84,450 van 88,655
# |
Aantekeningen |
Verbonden met |
84401 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 192. Woonde te Vriezenveen (Vanaf 31-01-1834, 06-06-1863, 23-05-1864, 04-12-1866 [afwezig], 06-01-1869 [afwezig], 23-03-1871 [afwezig], 15-01-1873); Vriezenveen, Wijk 4, nr. 320 (09-04-1873);
Vriezenveen (01-02-1875 [afwezig]); Vriezenveen, Wijk 4, nr. 320 (11-08-1875, 13-05-1877, tot 29-05-1877). | Engberts, Johannes Adolf (I17763)
|
84402 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 192/267; Vriezenveners in Rusland door D.G. Harmsen, 2e druk, blz. 50.
1764-05-02: Hendrik van Olde en zijn vrouw Frederika ten Cate, welke verklaarden op 19 maart 1764 verkocht te hebben 3 wanden bouwland, op het land van Jan Harms Schoemaker gelegen, gelimiteerd oostwaarts Jan Prinsen, westwaarts de Toeterie, doch
de rogge zo op het bouwland staat en dit jaar komt te wassen, behouden verkopers voor haar, om dezelve vrij en zonder lasten te mogen afhalen, ten profijte van Jan Prinsen en Egbert Raphuis, dezelfs vrouwen, voor een som van 180 guldens.
[T0079_INV6_p291]
1764-07-25: Hendrik van Olde en zijn vrouw Frederica ten Cate, welke verklaarden op 9 mei 1764 verkocht te hebben een huis en goorden daar achter gelegen, beginnende van deze Kerkweg, en eindigende de goorden tot aan de dwarssloot, zo en als zij
verkopers hetzelve hebben bewoond en bezeten, gelimiteerd oostwaarts de goorden van Egbert Raphuis, westwaarts de Steege of land van het zgn Fuit Harmensland, ten profijte van Abram Mokkelenkate en zijn vrouw Maria Keppelink, haar kinderen, voor
een som van 290 guldens. [T0079_INV6_p347]
1765-05-09: Frederik Frederiks Waanders, voor zich zelfs, alsmede Berent Gerrits, als voogd van de kinderen van wijlen Frerick Freriksen Waanders, benevens Berent Boer, namens zijn schoonzoon Gerrijt Geerdink, alsmede voogd van voorn kinderen,
welke verklaarden op 8 februari 1765, verkocht te hebben des comparants en deze pupillen eigen toebehorende halve akker woestenland, in de wester woesten gelegen, en onverscheiden met Albert Gerrits, cs, aan handen van Egbert Raphuis, zijn vrouw
en kinderen, voor een som van 95 guldens. [T0079_INV6_p407]
1766-10-17: Jan Hend Prinsen en Jenneken Prinsen, welke laatste bijgestaan met Henrik Roelofs Schuirman als haar voogd, welke verklaarden schuldig te zijn aan de Ed Jan ten Cate, koopman tot Almelo, en zijn vrouw, wegens aan hem Jan H Prinsen
verkochte en geleverde linnens en de verstrekte penningen, een som van 850 guldens, comparanten stellen hypotheek met onderpand op 2 akkeren lands met daarop staande huis, schuur en verdere timmeragie, gelimiteerd westwaarts Egbert Raphuis en de
oostzijde Fenneken Jansen, voor een gedeelte met de laatste onverscheiden, mitsgaders 1,25 akker boverwegesland en 1,5 akkerland, gelegen in en op het zgn Fuit Hermsland. Kantlijn akte: Op 8 maart 1771 door Jan Schiper, noes uxous, en Jenneken
Prinsen, vertoond zijnde de orginele hypotheekakte van 17 oktober 1766 en daaronder geschreven kwitantie van voldoening door de Mr Jan ten Cate, van 7 maart 1771, zijnde het bedrag van 850 met interest voldaan is en waarbij deze akte geroyeerd
wordt [T0079_INV7_p039].
1766-10-18: Jan Prinsen en zijn vrouw Grietjen Gerritsen, welke verklaarden schuldig te zijn aan Egbert Raphuijs en zijn vrouw Berendina Raphuis, wegens verstrekte penningen, een som van 700 guldens, comparanten stellen hypotheek met onderpand op
de landerijen, beginnende van deze nieuwe Kerkweg, en gaande tot aan de Dijk en de A, gedeeltelijk onverscheiden met Egbert Raphuijs. Kantlijn akte: Op 4 maart 1771 verklaren Jan [doorgehaald: Hend] Prinsen en zijn vrouw Grietien Gerritsen, dat
genoemd bedrag met interest voldaan is en dat deze akte geroyeerd wordt [T0079_INV7_p040].
1769-12-28: Henricus Post, voor zichzelf, mede caverende voor derzelver dochter, zo getrouwd is aan Henricus Goossens, benevens Jan Berkhof en Jan Jonkman als voogden van de minderjarige kinderen van Henr Post bij wijlen zijn vrouw Geertien
Harmsen in echte verwekt, mitsgaders de overige meerderjarige, met name Jan Aalderink, nom uxous Harmina Post, en Jan Post, caverend voor derzelver vrouwens, welke op 20 december 1769 verkocht hebben een halve akker boverweegesland, beginnende
van de woestenweg opgaans, voor een som van 100 guldens, ten profijte van Egbert Raphuijs en zijn vrouw [T0079_INV7_p119vo].
Woonde te Vriezenveen (27-08-1748 [inwonend bij zijn zwager Gerrit Fredriks Winter], 25-09-1756); St. Petersburg (tot 1782); Vriezenveen (04-09-1785). | Raphuijs, Egbert (I12695)
|
84403 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 193-194.
Woonde te Vriezenveen (28-04-1793). | Jansen, Berend (I10234)
|
84404 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 193-194/204.
1814-12-22: Notaris Warnaars, 1814, nr. 478, volmacht.
1815-03-31: Notaris Warnaars, 1815, nr. 40, publieke verkoop (landerijen).
Boerwerkster in 1838.
Woonde te Vriezenveen (28-04-1793); Vriezenveen, Westeinde 268 (13-04-1816); Vriezenveen (01-04-1837, 05-05-1838); Vriezenveen, Wijk 4, Westeinde (tot 29-06-1841).
Maria Hoek verklaarde in het schrijven niet ervaren te zijn en niet te kunnen tekenen bij het huwelijk tussen Johannes van Dijk (onverwant) en Egberdina Jansen (haar dochter), op 5 mei 1838 te Vriezenveen afgesloten. | Hoek, Maria (I10226)
|
84405 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 193.
Jan was getuige bij het huwelijk tussen Fredrik Aman en Janna Hof (zijn zuje) en tussen Johannes Landhuis en Janna Hof (zijn zusje) en tussen Cornelis Hoff (zijn neefje) en Hendrika Johanna Fik.
Jan Hof was getuige bij het huwelijk tussen Fredrikus Jonker (onverwant) en Janna Hof (zijn volle nicht), op 23 april 1825 te Vriezenveen afgesloten.
Jan Hof Hendrikzoon was getuige bij het huwelijk tussen Berend Hof (zijn broertje) en Lena Gesina Vetker (onverwant), op 15 november 1828 te Vriezenveen afgesloten.
Jan Hof Hendrikzoon (26 jaar, landbouwer te Vriezenveen) was waarschijnlijk getuige bij het huwelijk tussen Fredrik Vugteveen (onverwant) en Johanna Meulenbeld (onverwant), op 18 april 1829 te Vriezenveen afgesloten.
Jan Hof was getuige bij het huwelijk tussen Berend Hof (zijn broer) en Hendrika Gesina Tutertjen (onverwant), op 29 januari 1831 te Vriezenveen afgesloten.
Jan Hof Hendrikzoon (36 jaar, winkelier te Vriezenveen) was waarschijnlijk getuige bij het huwelijk tussen Johannes van Dijk (onverwant) en Egberdina Jansen (onverwant), op 5 mei 1838 te Vriezenveen afgesloten.
Landbouwer in 1825/1828, catechiseermeester in 1831/1836, winkelier in 1837/1840/1850/1860-1861.
Woonde te Vriezenveen (23-04-1825, 15-11-1828, 29-01-1831, 15-10-1836, 15-08-1837, 09-05-1840, 06-04-1850, 05-05-1860); Vriezenveen, 4-nvm (tot 13-05-1861). | Hof, Jan (I718)
|
84406 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 193.
1728-08-13: Jan Henriks van Olde en zijn vrouw Berendien Hinrixen Hejnemans, bijgestaan met secretaris Ritter als hun voogd, welke verklaarden schuldig te zijn aan haar Hooch Graafflijk Excellentien de Hooch Gebooren Heere Adolph Henrik Grave van
Rechteren en vrouw Sophia Juliana Gebooren Rijx Gravin van Castell, vrij Heere en de vrouw van Almelo en Vriezenveene, etc, etc, etc, 1e een som van 300 guldens, met 1,5 jaar interest van 18 guldens, welke mij Scholtus Klaas Kruis en zijn vrouw
uit gragte van een obligatie van 13 februari 1727 van comparanten deugdelijk waren competerende, en door Hooggemelde zijn excellentie voor rekening en op het verzoek van hem Jan Henriks van Olde en zijn vrouw aan mij Scholtus op heden volgens
quitantie onder de ingetrokkene obligatie ten genoegen voldaan zijn, geijk ik daar van voor mij en namens mijn vrouw alsnog ten overvloed bij deze quitere, en dan nog hij comparant Jan Hinriksen van Olde een som van 150 guldens, procederende
wegesn door hem gekoste en op mei laatstleden ontvangen varkens van enige Meijer luijden des huizes Almelo als de boer Schutteman Aalderink Vrijlink en Tijhoff en welke gekoste varkens vermits hij comparant dezelve met de onkosten over het
retardement van betalinge aangewent met kwam te voldoen door Hooggemelde zijn Excellentie voor rekening van comparant en op deszelfs verzoek tot proeventie van verdere kosten aan voornde Meijer luijden op haare restante pachten zijn gevalideerd
geworden en verklaarden vervolgens comparante Berendien Hinrixen Hejneman voor deze gementioneerde 150 guldens haar man in het particulier rakende zich te constitueren als borg en principaal onder expresse renuntiatie van het beneficium ...
Vellejani en de authontica si qua Mulier cod ad Sctum Vellejanum houdende zich van de kracht van beide voorschreven beneficien ten vollen onderricht belovende verders zij compranten de voorschreven beide sommen zich tezamen bedragende 468
guldens, comparanten stellen hypotheek met onderpand op het huis, gelegen op het Westeinde van het Vriezenveen, gelimiteerd oostwaarts de weduwe Jasper Freriksen Smelt, cs, en westwaarts de stege van Harmen Jansen Schoemaaker, en althans door
comparanten bewoond wordende, mitsgaders een akker hooi en weideland, beginnende van de doorgegraven weg en dat hen buijten tot aan de dijk of Aa, gelegen oostwaarts Harmen Jansen Schoemaker en westwaarts Jan Roeleffsen Doctor, onverscheiden met
Geertien Janssen Tout, voorts 3 wand bouwland op Harmen Jansen Schoemaakersland tussen Harmen Schoemaker en Adolph Henrik Harwig, idem 3 wand bouwland op Toutbroersland, tussen de landerijen van Jan Hinriksen Quant en eindelijk haar toebehorende
ROSMOLEN op het land van Arent Waanders, cs, staande [T0079_INV4_p463].
Woonde te Vriezenveen. | Schoenmaker, Hermen (I26156)
|
84407 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 193.
1743-01-02: Jan Harmsen Schoemaker en zijn vrouw Jenneken Jansen Schuirman, welke verklaarden schuldig te zijn wegens ontvangen en opgenomen penningen, deels wegens gekochte en aan hem geleverde linnens, aan de E Ootmar Ten Cate, de som van 298
guldens en 13 stuivers, aan de E Bernardus Coster en zijn moeder on compagnie, de som van 239 guldens, 9 stuiver en 8 penningen, en aan Jannes Harms Schoemaker en zijn vrouw, de som van 116 guldens, en aan de tijdelijke kerkmeesters alhier op het
Vriezenveen, de som van 106 guldens, aan Luicas Feijer en zijn vrouw, een som van 100 guldens, voorts aan Garrit Freriks en zijn vrouw, de som van 50 guldens, en dan nog aan Jan Harms, de som van 50 guldens, tezamen een som van 960 guldens,
comparanten stellen hypotheek met onderpand op het huis met de goorden voor een achter het huis en omtrent 400 treden roede maat bouwland, met de opslag en dan nog een goorden de Santbelt genaamd, met nog een rond goordentjen achter de
waterleijdick gelegen, alles gelimiteerd oostwaarts Garrit Freriks, westwaarts Toetbroersland, voorts een halve akker hooiland, gelegen in Toetbroersland, beginnende van de waterleijdick tot aan de dijck, onverscheiden met Egbert Jansen
Schuirman, en dan nog een halve akker hoevenland, gelegen op de oostere hoeve, onverscheiden met Garrit Roelofs, cs.
Kantlijn akte: De crediteuren verklaren op 28 februari 1758, dat Jan Harmsen Schoemaker aan haar de schuld voldaan heeft en dat de akte doorgehaald wordt [T0079_INV5_p066].
Volkstelling 27 augustus 1748 te Vriezenveen, blz. 24, nr. 3:
Man : Jan Harms Schoemaker.
Vrouw : Jenneken Jansen.
Kinderen >10 jaar : -.
Kinderen <10 jaar : -.
Dienstboden : -.
Inwonenden : Jan Hinderix, een jongen in kost van de diakenie.
1758-02-20: Jan Harmsen Schoemaker, voor hem zelf, en als vader en wettig voogd van deszelfs minderjarige kinderen, bij wijlen zijn vrouw Jenneken Jansen Schuirman verwekt, welke verklaarde wegens opgenomen en ontvangen penningen, zo heeft
ge...jeert en gebruikt tot afbetaling van een oude verzegelinge, zo op zijn goederen was liggende, schuldig te zijn aan de E Jan Schol en zijn vrouw Gerrijtdina Kruis, een som van 500 guldens, comparanten stellen hypotheek met onderpand op het
huis, met de goordens van en achter het huis, en ruim 400 treden roede maat bouwland met de opslag, en dan nog een goorden, de SANTBELT genaamd, met nog een raad (?) goordentjen achter de waterleiding gelegen, alles gelimiteerd oostwaarts Garrijt
Freriks, westwaarts Toetbroersland, voorts een halve akker hooiland gelegen in Toetbroersland, beginnende van de waterleiding tot aan de dijk, onverscheiden met Egbert Schuirman, en dan nog een halve akker hoevenland, gelegen op de oostere hoeve,
onverscheiden met Garrijt Roelofs, cs [T0079_INV5_p663].
Woonde te Vriezenveen (27-08-1748, 11-08-1759). | Schoenmaker, Jan (I11597)
|
84408 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 193.
1766-06-28: Jannes Lamberts en zijn vrouw Berendina Feijer, welke verklaarden op 11 maart 1766 verkocht te hebben een goorden gelegen op de zgn Toeterije, zijnde een wand roede maat, ten profijte van Jannes Berents {is hij dit?} en zijn vrouw,
voor een som van 101 guldens [T0079_INV7_p025].
1766-06-28: Jannes Lamberts en zijn vrouw Berendina Feijer, welke verklaarden op 11 maart 1766 verkocht te hebben de binneren hoek bouwland, gelegen op de zgn Toeterije, ten profijte van Jannes Berents en zijn vrouw, voor een som van 60 guldens
[T0079_INV7_p027].
1766-07-31: Henderik Claazen Braemer, welke verklaarde op 7 maart 1766 verkocht te hebben een wand bouwland roede maat, ten profijte van Jannes Berents en zijn vrouw, voor een som van 33 guldens [T0079_INV7_p036].
1768-02-27: Frederik Smelt, zo voor zichzelf en als vader en voogd van zijn kinderen, welke verklaarde in december 1767 verkocht te hebben drie vierendeel akker boverweegesland, gelegen op de westerhoeve, beginnende van de buiterenweg, en dat zo
veene waarts in onverscheiden met Jannes Berentsen, gelimiteerd oostwaarts de Bolakkers en aan de westzijde Berent Claesen, voor een som van 119 guldens, ten profijte van Jannes Berentsen en zijn vrouw [T0079_INV7_p071vo].
1774-06-11: Jannes Berents en zijn vrouw Dina Willemsen, welke verklaarden schuldig te zijn aan Lambertus ten Cate Abszoon en zijn vrouw een som van 750 guldens, herkomende ten dele, wegens aan zijn Ed gekochte en berekende linnens en ten dele
wegens een voor comparanten aan Abram Schimmelpennink aangenomen schulde, dico 750 guldens, comparanten stellen hypotheek met onderpand op de schuur, huis, op de Toeterije gelegen is, oostwaarts tussen Jan Hermsland, en westwaarts Berent
Henderixland, met 6 wand land, daar onder gehorende en aldaar gelegen, nog 1,5 wand bouwland op Crols Woltersland, en een wand bouwland op Crols Woltersland, en een wand bouwland op Crols Claasland, alsmede een halve akker hooiland, gelegen in
Bartels Geesenland, in 't Vierendeel genaamd, nog 2 koeweiden gelegen in Polsland, nog een half wand goorenland gelegen op Vlegenland, nog 2 akker boverwegensland [T0079_INV8_p008vo].
Woonde te Vriezenveen (27-08-1748, 23-09-1758). | Berends, Jannes (I10235)
|
84409 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 193.
1813-01-18: Notaris Warnaars, 1813, nr. 9, borgsom (huisnr. 265).
1822-10-23: Notaris Warnaars, 1822, nr. 143, testament van Klaas Dikkers.
1826-01-12: Notaris Warnaars, 1826, nr. 006, kwitantie en royement.
1826-01-23: Notaris Warnaars, 1826, nr. 012, borgsom met hypotheek.
1827-12-20: Notaris Warnaars, 1827, nr. 266, aan nr. 251, publieke toewijzing van vast goed.
1833-02-09: Notaris Warnaars, 1833, nr. 030, koop- en pachtcontract.
Landbouwer in 1824/1832-1833/1840.
Woonde te Vriezenveen (30-12-1792, 09-05-1812, 10-07-1824, 21-04-1832); Vriezenveen, Westeinde 264 (06-05-1833); Vriezenveen, Wijk 4, Westeinde 264 (tot 28-07-1840).
Hermannus Gerrits (tekend: Harmannes Gerritsen) neemt op 9 mei 1812 te Vriezenveen de naam van "Gerritsen" aan als familienaam (akte 47) en voor zijn kinderen Gerrit (14) en jan (10).
Hermannus Gerrits (54 jaar, wever te Vriezenveen) was waarschijnlijk getuige bij het huwelijk tussen Derk Doornbosch (onverwant) en Jasperdijna Jaspers Faijer (onverwant), op 9 april 1825 te Vriezenveen afgesloten.
Hermannus Gerritsen (55 jaar, wever te Vriezenveen) was waarschijnlijk getuige bij het huwelijk tussen Jan Keijser (onverwant) en Johanna Schipper (onverwant), op 18 juni 1825 te Vriezenveen afgesloten. | Gerritsen, Hermannus (I12124)
|
84410 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 193.
1831-03-26: Notaris Warnaars, 1831, nr. 057, huwelijksconsent.
Woonde te Vriezenveen (15-07-1820, 02-04-1831); Vriezenveen, Westeinde 266 (tot 13-05-1831). | Elders, Geertruid (I9513)
|
84411 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 193.
1910-1917: Vriezenveen, 4-407. [BR1910-VV0706]
Woonde te Vriezenveen, 5-nvm (Vanaf 19-04-1860); Vriezenveen, Wijk 4, nr. 481 (19-09-1901); Vriezenveen (09-12-1902, 29-01-1916); Vriezenveen, Wijk 4, nr. 407 (tot 25-12-1917). | Pleij, Jesina (I1090)
|
84412 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 193.
1910-1918: Vriezenveen, 4-409. [BR1910-VV0674]
Woonde te Vriezenveen (Vanaf 21-04-1845, 03-06-1876); Vriezenveen, wijk 4, nr. 409 (tot 22-10-1918). | Jansen Smit, Barend (I9771)
|
84413 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 193.
1910-1919: Vriezenveen, 4-409. [BR1910-VV0674]
Woonde te Vriezenveen (Vanaf 15-08-1837, 03-06-1876), Vriezenveen, Wijk 4, nr. 409 (22-10-1918, tot 22-01-1919). | Hof, Geertruida Johanna (I9770)
|
84414 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 193.
Wever in 1853/1860/1870, landbouwer in 1889.
Woonde te Vriezenveen (Vanaf 07-09-1828, 26-03-1853); Vriezenveen, 5-nvm (19-04-1860); Vriezenveen, 3-nvm (05-04-1870); Vriezenveen (22-10-1870); Vriezenveen, 6-623 (26-10-1887); Vriezenveen, 6-638 (tot 16-04-1889). | Pleij, Jan (I16673)
|
84415 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 193.
Woonde te Vriezenveen. | Jansen, Berend (I13002)
|
84416 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 193.
Jennigjen Jansen verklaarde geen schrijven te hebben geleerden niet te kunnen tekenen bij het huwelijk tussen Jan Gerritsen (haar zoon) en Fennichje Jansen Cotterman (onverwant), op 10 juli 1824 te Vriezenveen afgesloten. Woonde te Vriezenveen
(30-12-1792, 10-07-1824, 21-04-1832); Vriezenveen, Westeinde 264 (tot 06-05-1833). | Jansen, Jennegjen (I12125)
|
84417 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 193. Woonde te Vriezenveen (15-10-1836 [sedert een aantal jaren], 15-08-1837); Vriezenveen, 4-nvm (13-05-1861); Vriezenveen (03-06-1876); Vriezenveen, Wijk 4, nr. 466 (tot 02-05-1882). | Meijer, Gesiena (I1699)
|
84418 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 193. Woonde te Vriezenveen (Vanaf 18-11-1833, 26-03-1853); Vriezenveen, 5-nvm (19-04-1860); Vriezenveen, 3-nvm (tot 05-04-1870). | Gerritsen, Jenneken (I16674)
|
84419 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 194.
1910 tot 1916-04-03: Mina Eshuis, NH, kruidenierster, woont als zus bij Mannes Eshuis te Vriezenveen, 4-411. [BR1910-VV0375]
Woonde te Vriezenveen (Vanaf 17-02-1852); Vriezenveen, Wijk 4, nr. 411 (tot 03-04-1916). | Eshuis, Mina (I15543)
|
84420 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 194.
1910 tot 1918-01-15: Hendrik Albertus Buterman, NH, timmerman, woont als hoofd te Vriezenveen, 4-412. [BR1910-VV0231]
Landbouwer in 1918.
Woonde te Vriezenveen (Vanaf 02-02-1843); Vriezenveen, Wijk 4, nr. 412 (tot 15-01-1918). | Buterman, Hendrik Albertus (I18471)
|
84421 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 194.
1910 tot 1919-05-05: Mannes Eshuis, NH, fabriekarbeider, woont als hoofd te Vriezenveen, 4-411. Inwonend zijn zus Geertjen Eshuis en zus Mina Eshuis. [BR1910-VV0375]
Woonde te Vriezenveen (Vanaf 31-01-1846); Vriezenveen, Wijk 4, nr. 411 (tot 05-05-1919). | Eshuis, Mannes (I10246)
|
84422 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 194.
1910 tot 1919-05-19: Geertjen Eshuis, NH, kruidenierster, woont als zus bij Mannes Eshuis te Vriezenveen, 4-411. Vertrokken naar Sassenheim. [BR1910-VV0375]
Woonde te Vriezenveen (Vanaf 26-10-1848); Sassenheim (tot 31-05-1923). | Eshuis, Geertjen (I14598)
|
84423 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 194.
Azwerus Meuelenbeld verklaarde in het schrijven niet ervaren te zijn en niet te kunnen tekenen bij zijn huwelijk met Mardalena Pouwels, op 29 april 1837 te Vriezenveen afgesloten.
Wever in 1837-1838/1841-1843/1845-1849, landbouwer in 1865.
Woonde te Vriezenveen (Vanaf 25-08-1812, 29-04-1837, 19-03-1838, 30-01-1841); Vriezenveen, Wijk 4, Westeinde (13-08-1842, 26-09-1842); Vriezenveen (04-11-1843); Vriezenveen, Wijk 3, Oosteinde (20-12-1845, 08-05-1846); Vriezenveen (25-03-1847,
08-09-1849); Vriezenveen, 4-nvm (tot 20-08-1865). | Meulenbeld, Ahasuerus (I14634)
|
84424 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 194.
Wever in 1835/1846, landbouwer in 1848, wever in 1852, landbouwer in 1893.
Jan Hendrik Eshuis was getuige bij het huwelijk tussen Derk Eshuis (zijn broer) en Gerritdina Koorsen (onverwant), op 18 april 1835 te Vriezenveen afgesloten, waarbij hij verklaarde geen schrijven te hebben geleerd.
Woonde te Vriezenveen (Vanaf 20-04-1812, 18-04-1835, 31-01-1846, 26-10-1848, 17-02-1852); Vriezenveen, 4-465 (01-05-1883); Vriezenveen, 4-471 (tot 02-01-1893). | Eshuis, Jan Hendrik (I12790)
|
84425 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 194.
Wever in 1842.
Woonde te Vriezenveen, Westeinde 267 (28-01-1817); Vriezenveen, Wijk 4, Westeinde (tot 22-08-1842). | Persoon, Gerhardus (I26161)
|
84426 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 194.
Wever in 1844-1845, landbouwer in 1847, wever in 1848, landbouwer in 1849, wever in 1850/1853-1854, landbouwer in 1893-1894.
Woonde te Vriezenveen (Vanaf 08-06-1820, 08-04-1826); Vriezenveen, Wijk 6, Westeinde (01-08-1844); Vriezenveen (27-10-1845); Vriezenveen, Wijk 6, Westeinde (31-10-1845); Vriezenveen, Wijk 4, Westeinde (19-03-1847); Vriezenveen (01-09-1848);
Vriezenveen, Wijk 4, Westeinde (21-05-1849, 14-07-1849); Vriezenveen (15-06-1850, 17-12-1850, 28-01-1853); Vriezenveen, Wijk 4, Westeinde (17-09-1854); Vriezenveen (04-01-1893, 10-11-1894); Vriezenveen, Wijk 4, nr. 502 (tot 11-04-1905). | Knol, Johannes (I11119)
|
84427 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 194.
`
Arbeider in 1870-1872/1875/1881, wever in 1882.
Woonde te Vriezenveen (Vanaf 08-12-1845, 23-07-1870, 25-01-1871, 03-11-1872); Vriezenveen, Wijk 4, nr. 324 (13-09-1875); Vriezenveen, Wijk 4, nr. 462 (19-07-1881, tot 28-01-1882). | Smoes, Fredrik (I18135)
|
84428 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 194. Woonde te Vriezenveen (tot 28-01-1817). | Persoon, Metjen (I26163)
|
84429 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 194. Woonde te Vriezenveen (Vanaf 21-08-1822, 15-06-1850, 17-12-1850, 28-01-1853); Vriezenveen, Wijk 4, Westeinde (tot 17-09-1854). | Spijker, Aleida (I17184)
|
84430 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 194. Woonde te Vriezenveen (Vanaf 24-04-1818, 08-04-1826, 29-11-1837, 12-05-1838, 09-08-1839); Vriezenveen, 2-nvm, Oosteinde (05-05-1840); Vriezenveen (12-12-1841); Vriezenveen, Wijk 4,
Westeinde (15-09-1844); Vriezenveen (10-09-1845, 30-01-1849, 02-08-1852); Vriezenveen, Wijk 4, Westeinde (07-03-1855); Vriezenveen (14-11-1856); Vriezenveen, 4-nvm (15-02-1860); Vriezenveen (30-03-1861); Vriezenveen, 4-nvm (18-09-1862,
26-06-1863); Vriezenveen (31-03-1866); Vriezenveen, 4-nvm (17-09-1867); Vriezenveen (14-10-1871, 18-01-1873); Vriezenveen, Wijk 4, nr. 326 (tot 13-04-1875). | Knol, Janna (I11118)
|
84431 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 194. Woonde te Vriezenveen. | Persoon, Grietjen (I26164)
|
84432 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 194/197.
Landbouwer in 1812/1814-1815/1819/1836/1858.
Woonde te Vriezenveen (20-03-1812, 09-05-1812, 14-03-1814, 09-01-1815, 30-01-1819, 02-04-1836); Vriezenveen, Wijk 4, Westeinde (13-04-1844); Vriezenveen, 5-nvm (tot 12-07-1858).
Jannes Alberts (tekend: Jannes van der Veen) neemt op 9 mei 1812 te Vriezenveen de naam van "Van der Veen" aan als familienaam (akte 49) en voor zijn kinderen Hendrika (9), Alberdina (5), Albartus (3) en Johanna (2 maanden). | van der Veen, Jannes (I1847)
|
84433 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 195.
1766-07-31: Henderik Claezen Braemer, welke verklaarde op 7 maart 1766 verkocht te hebben 1,5 koeweide, onverscheiden met de verkoper en de overige consorten, beginnende van deze nieuwen Kerkweg en eindigende met de dijk en de Aa, met het ma...
van de Steegen deele t ruijmen der water stromen, ten profijte van Gerrit Derksen en zijn vrouw, voor een som van 135 guldens [T0079_INV7_p032].
1767-07-30: Kunnegien Jansen, weduwe van wijlen Frederik Lubberts, bijgestaan met Hend Evertman als haar voogd, welke verklaarde op 14 februari 1767 voor haar en als moeder en wettige voogd van haar 2 minderjarige dochtertjes, verkocht te hebben
een akker boverweegesland, gelegen op de westere hoeve, gelimiteerd oostwaarts Gerrit Derksen en westwaarts Jan Prinsen, voor een som van 116 guldens en 20 stuivers, ten profijte van Jan Smelt en Gerrit Derksen en dezelver erfgenamen, ieder voor
de gerechten halfscheid [T0079_INV7_p065].
1770-01-31: Testament van Gerrit Derksen en zijn vrouw Henderikjen Jansen, beide gezond van lichaam, de laatste bijgestaan met Jannes Henderiks als haar voogd, waarin genoemd:
- hij zijn vrouw Henderikjen Jansen, enige en universele erfgenaam;
- hij aan naaste vrienden en bloedverwanten, 1000 guldens, benevens linnen en wollen kleren, die tot zijn lijf mogen behoort hebben;
- zij aan haar man Gerit Derksen, enige en univerele erfgenaam;
- zij aan haar vader Jan Frederix, legitieme portie;
- zij aan haar vrienden of bloedverwanten, 100 guldens, benevens de linnen en wollen kleren van haar, zo tot haar lijf behoort hebben;
- beide aan Godsarmen alhier, 50 guldens [T0079_INV7_p125].
1771-01-09: Henr ten Cate en Roelof Jansen, als voogden van de weduwe van wijlen Luicas Berents en haar innocente dochter, de welke bekende en verklarende op 27 september 1769 verkocht te hebben, ten 1e, het bouwland, beginnende van dat van
Gerrit Willemsen Heer, bovenwaarts opgaande met de opslag, veen waarts in en opgaande, voor een som van 220 guldens, welk bouwland en opslag betekend is ten oosten Wieger Gerrits en ten westen Luicas Derks, cs, voor het 2e, op 30 jnauari 1770
verkocht te hebben 5 koeweiden, beginnende van deze Kerkweg, tot aan de Oldenweg, behalve de goorden achter het hek, die van de weg begint, zover dezelve aan de verkoper behoord behouden die aan zich alsmede de verdere goordens, dus zijn 5
koeweiden, alleen verkocht voor een som van 130 guldens, ten 3e, mede verkocht te hebben de halve brink, met de 4 wanden, beginnende van de brink bovenwaarts in en eindigende tot aan Gerrit Willemsen, en dan 2 wanden achter Gerrit Willemsen in
een koop en zulks voor een som van 310 guldens, tezamen een som van 660 guldens, ten profijte van Luicas Derks, Gerrit Derks, Harmannus Derks en Janna Derksen, en hare erfgenamen [T0079_INV7_p142].
1784-12-28: Gerrit Derks en zijn vrouw Hendrikjen Jansen, beide gezond van lichaam, waarin genoemd:
- kinderen van wijlen Hendk Costers, met name Gerrit Costers, Harmannus Costers en Johanna Costers, huis met gehele inboedel, zo van paarden, beesten, daarvan niets uitgezonderd, wat namen van wat natuur het mag wezen, mitsgaders alle de
landerijen, benevens een som van 2000 guldens;
- Jan Costers, 500 guldens;
- zijn broer Mannes Derks of kinderen van wijlen Hendrk Costers, met namen Gerrit en Harmanus Costers, al zijn lijfs toebehoor;
- kinders van wijlen haar zwager Hendk Costers, met namen Gerrit en Harmannus en Johanna Costers, al haar lijfs toebehoren;
- beide aan gods armen alhier, 200 guldens [T0079_INV9_p067vo].
1798-03-26: Op 26 maart 1798 heeft Mannes Derks in de 50sten penning aangegeven voor en namens zijn kinderen de erfenis van wijlen zijn broer Gerrit Derks op voormelde kinderen, gedevolveerd in de maant januari jongstleden, bestaande uit de
volgende vaste goederen: 1,5 akker land opgaans met een half huis en een halve schuur, 2 dagwerk hooiland in Geesenland, 1 koeweide in Klaas Bramersland, 1,25 dagwerk hooiland in de woesten en ... een halve akker hoeven land [T0079_INV45].
Op 26 maart 1798 geeft Mannes Derks de 50e penning aan voor en namens zijn kinderen vanwege de erfenis van wijlen zijn broer Gerrit Derks aan hen bij testament gelegateerd in de afgelopen maand januari. Het betreft een halve akker land opgaans en
een half huis met de halve schuur en 2 dagwerk hooiland in Geesenland; een koeweide in Klaas Bramersland; 1 dagwerk hooiland in de Woesten en een halve akker Hoevenland [bron: HCO, toeg. 3.1, inv. 2668/Website Erik Berkhof].
Woonde te Vriezenveen (27-08-1748, 14-04-1764). | Derks, Gerrit (I21256)
|
84434 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 195.
1813-09-22: Notaris Warnaars, 1813, nr. 158, kwitantie.
1818-02-21: Notaris Warnaars, 1818, nr. 047, testament Klaas Berens Dikkers.
1818-02-21: Notaris Warnaars, 1818, nr. 048, testament Gerhardina Brink.
1819-02-03: Notaris Warnaars, 1819, nr. 021, scheiding van vaste goederen.
1820-03-30: Notaris Warnaars, 1820, nr. 039, publieke verkoop van mobilia.
1820-08-16: Notaris Warnaars, 1820, nr. 134, publieke verkoop van zaadgewassen.
1822-10-23: Notaris Warnaars, 1822, nr. 143, testament van Klaas Dikkers.
1823-11-13: Notaris Warnaars, 1823, nr. 161, borgsom met hypotheek.
Claas Berends (tekend: Klaas Dikkers) neemt op 9 mei 1812 te Vriezenveen de naam van "Dikkers" aan als familienaam (akte 48).
Landbouwer in 1817/1819/1822.
Woonde te Vriezenveen (09-05-1812, 28-06-1817); Vriezenveen, Westeinde (14-02-1819); Vriezenveen, Westeinde 269 (tot 14-11-1822). | Dikkers, Klaas (I11226)
|
84435 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 195.
1822-10-23: Notaris Warnaars, 1822, nr. 143, testament van Klaas Dikkers.
1823-11-13: Notaris Warnaars, 1823, nr. 161, borgsom met hypotheek.
Anthony Stegeman verklaarde geen schrijven te hebben geleerd en niet te kunnen tekenen bij zijn huwelijk met Maria Smelt, op 29 mei 1824 te Vriezenveen afgesloten.
Anthony Stegeman (42 jaar, landbouwer te Vriezenveen) was waarschijnlijk getuige bij het huwelijk tussen Jan Gerritsen (onverwant) en Fennichje Jansen Cotterman (onverwant), op 10 juli 1824 te Vriezenveen afgesloten, waarbij hij verklaarde geen
schrijven te hebben geleerd en niet te kunnen tekenen.
Tone Stegeman (46 jaar, landbouwer te Vriezenveen) was waarschijnlijk getuige bij het huwelijk tussen Derk Doornbosch (onverwant) en Jasperdijna Jaspers Faijer (onverwant), op 9 april 1825 te Vriezenveen afgesloten.
Boerenknecht in 1816, boerwerker in 1816, landbouwer in 1817/1819/1822/1824-1826/1852/1855.
Woonde te Vriezenveen, Westeinde 331 (23-12-1817); Vriezenveen (13-02-1819, 06-05-1822); Vriezenveen, Westeinde 269 (07-05-1822); Vriezenveen (15-03-1825, 28-05-1826); Vriezenveen, Westeinde 269 (21-12-1826); Vriezenveen, Westeinde 260
(01-06-1827); Vriezenveen (15-05-1852); Vriezenveen, Wijk 4, Westeinde (tot 08-11-1855). | Stegeman, Anthonij (I7723)
|
84436 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 195.
1910-1920: Vriezenveen, 4-413. [BR1910-VV1273]
Woonde te Vriezenveen (Vanaf 12-02-1854); Vriezenveen, Wijk 4, nr. 423 (tot 07-04-1929). | Stegeman, Mina (I19957)
|
84437 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 195.
1910-1920: Vriezenveen, 4-413. [BR1910-VV1273]
Woonde te Vriezenveen (Vanaf 12-09-1857); Vriezenveen, Wijk 4, nr. 423 (tot 01-04-1929). | Stegeman, Willem (I19958)
|
84438 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 195.
1910-1920: Vriezenveen, 4-413. [BR1910-VV1273]
Woonde te Vriezenveen, 4-nvm (Vanaf 23-09-1863); Vriezenveen (tot 19-01-1925). | Stegeman, Antonij (I19959)
|
84439 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 195.
Boerenknecht in 1825, landbouwer in 1826-1829/1835-1836/1842/1862/1870.
Woonde te Vriezenveen (09-04-1825); Vriezenveen, Westeinde 270 (10-02-1826, 11-02-1826); Vriezenveen (11-09-1827, 20-12-1828 [sedert een aantal jaren], 31-10-1829, 12-09-1835); Vriezenveen, Wijk 4, Westeinde 271 (08-02-1836); Vriezenveen, Wijk 4,
Westeinde (12-05-1842); Vriezenveen (21-03-1862); Vriezenveen, 4-nvm (18-09-1870, tot 25-11-1872).
BR: Woonde te Vriezenveen, Wijk 4, nr. 297 / nr. 320, Westeinde (1860 t/m 25-11-1872).
Derk Doornbosch was getuige bij het huwelijk tussen Jan Tijhof (onverwant) en Johanna Doornbosch (zijn zus), op 20 december 1828 te Vriezenveen afgesloten. | Doornbosch, Dirk (I14268)
|
84440 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 195.
Volkstelling 27 augustus 1748 te Vriezenveen, blz. 24, nr. 5:
Man : Henderik Berentsen, weduwenaar.
Vrouw : -.
Kinderen >10 jaar : Berent Hinderix, Jenneken Hinderix en Janna Hinderix.
Kinderen <10 jaar : -.
Dienstboden : 1 scheper Gerrit Jansen.
Inwonenden : -. Woonde te Vriezenveen (27-08-1748). | Hopster, Hendrik (I26165)
|
84441 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 195. Woonde te Hellendoorn (15-05-1852); Vriezenveen (12-02-1854, 12-09-1857); Vriezenveen, 4-nvm (23-09-1863); Vriezenveen, Wijk 4, nr. 474 (tot 07-01-1892). | Stegeman, Jenneken (I17264)
|
84442 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 195. Woonde te Vriezenveen (27-08-1748, 06-06-1761). | Hendriks, Berend (I11220)
|
84443 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 195. Woonde te Vriezenveen (29-05-1824, 15-03-1825, 28-05-1826) Vriezenveen, Westeinde 269 (21-12-1826); Vriezenveen, Westeinde 260 (tot 01-06-1827). | Smelt, Maria (I7662)
|
84444 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 195. Woonde te Vriezenveen (Vanaf 15-03-1825, 15-05-1852, 12-02-1854, 12-09-1857); Vriezenveen, 4-nvm (23-09-1863); Vriezenveen, Wijk 4, nr. 474 (07-01-1892); Hellendoorn; Vriezenveen, Wijk
4, nr. 489 (tot 27-03-1906). | Stegeman, Hendrikus (I17263)
|
84445 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 196.
Vriezenveners in Rusland door D.G. Harmsen, 2e druk, blz. 49.
1779-06-05: Derk Arents en zijn vrouw Geertien Egbers, Henderik Arents en zijn vrouw Fenneken Berents, Aeltien Arents, weedw van Harmen Spijker, bijgestaan met Derk Arents als haar voogd, benevens Berent Lubbers Smit en zijn vrouw Jenneken Smelt,
Albert Broertien en zijn vrouw Janna Hinderiks Hoff en Derk Broertien, tezamen erfgenamen van wijlen Gerrit Gerritsen Scholten, welke verklaarden verkocht te hebben op 28 januari 1779 een akker hooiland in het zgn Paeschensland, zijnde
onverscheiden met Luicas Derksen, cs, beginnende van de buijterenweg en eindigende met de dijk en de Aa, gelimiteerd oostwaarts Frontemansland en westwaarts het zgn Busschersland, aan handen van Adolph Henderik Schoemaaker, voor een som van 175
guldens [T0079_INV8_p131].
Woonde te Vriezenveen; St. Petersburg [Rusland]; Moskou [Rusland].
E-mail: Zijn dochter Elena Khristina Andreyevna Shumaker woonde in Moskou en was de vrouw van de Griek Konstantin Dmitrievich Sari. Ze kregen 7 kinderen. Een van de dochers was Anna Konstantinovna Sari was de vrouw van een inwoner van Moskou, de
Elzasser koopman Nikolai Ivanovitsj Dembt. Van hen zijn nakomelingen bekend, zie: https://www.geni.com/family-tree/index/6000000210273148836 | Schoenmaker, Adolph Hendrik (I12166)
|
84446 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 196/197; Vriezenveners in Rusland door D.G. Harmsen, 2e druk, blz. 49.
1794-09-25: Jan Schoemaker en zijn vrouw Johanna de Vries, en de moeder van Jan Schoemaker Stientjen Harwig, weduwe van wijlen Hendrikus Schoemaker, de laatste bijgestaan door F R Heek als haar voogd, verklaren gezamenlijk schuldig te zijn aan de
Heren Jan ten Cate Jz, Lambert ten Cate en Gerrit Coster Gz, een som van 18871 guldens en 2 stuivers, wegens aan haar compt gelverde linnens, waar over echter een akkoord gemaakt is op 25 mei 1793 voor 50 procent in 4 termijnen te betalen, zo nog
thans dat indien zjj van ingebreke blijven tot de voldoeninge van de gehele som gehouden zijn. Dat hierop door dezelven is betaald een som van 5794 gulden en 10 stuivers, waarvan dus nog aan de gehele som resteert 13076 guldens en 12 stuivers, en
volgens het gemaakte akkoord moeten zij nog betalen 3641 guldens en 1 stuiver, voor welke betalingen zij comparanten ten profijte van hier voren genoemde Heeren verklaarden gerechtelijk te verbinden en te veronderpanden, alle hare vaste goederen:
1. een huis en schuur met een hof daarachter;
2. 2 akkeren weide en hooiland op Fransmansland;
3. 6 dagwerk hooiland in Busschersland;
4. 2,5 dagwerk woestenland;
5. 2 koeweiden in Minsland;
6. 11 wand bouwland op zgn Foeterij en Vutterjenland;
7. een wand op Loo Gerritsland;
8. 2 dagwerk hooiland in Paasenland;
9. het Bovenweegs en turfland;
10. 1,5 wand hooiland op Glaase Berendsland.
Dit niet alleen maar ook alle mobile goederen, inboedel, vee en zaadgewassen, niet uitgezonderd [T0079_INV10_p172].
Landbouwer in 1816.
Woonde te Vriezenveen (23-06-1793); Vriezenveen, Westeinde (tot 24-07-1816). | Schoenmaker, Jan (I12047)
|
84447 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 196/261; Vriezenveners in Rusland door D.G. Harmsen, 2e druk, blz. 49/52.
Volkstelling 27 augustus 1748 te Vriezenveen, blz. 24, nr. 8:
Man : Henderik Egbertsen.
Vrouw : Stijntjen Harwig.
Kinderen >10 jaar : -.
Kinderen <10 jaar : Jenneken Hinderix.
Dienstboden : -.
Inwonenden : -.
1754-05-11: Swenneken Berens Leus, bijgestaan met Ad Henr Bartelink als haar voogd, welke verklaarde verkocht te hebben 2 akker hooiland, beginnende van de buiterenweg, tot aan of met de dijk of Aa, onverscheiden met de wedw Jan de Ruiter,
gelegen in hetzgn Busschersland, gelimiteerd oostwaarts Paaschensland, westwaarts Krikken Berensland, ten profijte van Henrikus Egbers Schoemaker en zijn vrouw Stientjen Harwig, voor een som van 660 guldens [T0079_INV5_p420].
1757-04-16: Henrikus Egbers Schoemaker en zijn vrouw Stientjen Harwig, welke verklaarden in erfkoop verkocht te hebben haren gerechten halfscheid van de goorden, zo met Jannes Lambers in gemeenschap is hebbende, in het zgn Pauschersland gelegen,
ten profijte van Jannes Lambers en zijn vrouw, voor een som van 52 guldens en 10 stuivers [T0079_INV5_p633].
1758-04-05: Berent Jansen en zijn vrouw Janna Hendriks, welke verklaarde schuldig te zijn aan de E Henrikus Schoemaker en zijn vrouw Stientjen Herwig, een som van 1100 guldens, comparanten stellen hypotheek met onderpand op het huis met de brink,
goordens voor en achter het huis, met alle haar bouwland bovenwaarts in, gelimiteerd oostwaarts Wolter Krul, westwaarts Croemeneusenland, voorts een halve akker hooiland gelegen in Croemeneusenland, beginnende van de buiterenweg, tot aan of met
de dijk of Aa, een halve akker woestenland, onverscheiden met de wedw Harmen Berents, cs, een akker boverwegesland, onverscheiden met Wolter Freriks, en dan nog omtrent 305 treden roede maat hooi of weideland, in het zgn Krikkenberensland, alles
alhier op het Vriezenveen gelegen [T0079_INV5_p669].
1758-06-03: De Ed Andries ten Caate, koopman tot Almelo, welke verklaarde in erfkoop verkocht te hebben een akker hooiland, in het zgn Stujkersland gelegen, beginnende van de waterleiding, tot aan of met de dijk of Aa, nog een akker
boverwegesland, onverscheiden met Willem Garrits van Dijkck, met nog een halve akker boverwegesland, onverscheiden met Hindrik Albers, en dan nog een halve akker boverwegesland, onverscheiden met de wedw van Hindrik Feijer, alles alhier op het
Vriezenveen, zo en als hij verkoper hetzelve op 18 september 1756 bij excectoriale distractie uit de boedel van Gerrijt Berens ten Caate heeft aangekocht, ten profijte van Henrikus Schoemaker, Wijcher Jansen, Hendrik Barkhoff en Jan Barkhoff, en
dezelver erfgenamen, voor een som van 615 guldens [T0079_INV5_p686].
F. Harwig te Hasselt: "Zij hadden op 5 april 1758 een uitstaande lening aan Berent Jansen en zijn vrouw Janna Hendriks groot 1000 gulden tegen 2 % rente, het welk op 28 mei 1794 aan haar (als weduwe) werd afgelost. Jan Schoemaker en zijn vrouw
Johanna de Vries alsmede Christine (Stientjen) waren schuldig aan Jan ten Cate Jzn., Lambert ten Cate en Gerrit Kosters Gzn. een bedrag van 18.871,= en 2 stuivers wegens geleverd linnengoed. Jan ten Caate Janssoon was "hulder" (=zaakwaarnemer)
van zijn moeder Judith Coster (gehuwd met Lambert Coster) en beheerde het leengoed "Swerinck" te Wierden en kocht 4 februari 1756 het leengoed "Boync" te Geesteren (bij Ootmarsum). Op 17 mei 1803 werd er geregistreerd, dat Egbert Coster te Almelo
"de tiende, gaande uit het erve Booyink te Geesteren" op 30 maart 1803 krachtens een koopovereenkomst die op 26 juli 1790 gesloten was tussen Jan ten Cate Jzn. te Almelo en Jan Booyinck, voor het landgericht Ootmarsum had getransporteerd aan
genoemde Jan Booyink te Geesteren. De koopsom bedroeg 4.000,=. Hendrik heeft een zakenreis naar Curaðcao gemaakt".
1763-07-14: Waander Wichers en zijn vrouw Jenneken Harwig, welke verklaarden schuldig te zijn aan de E Ootman ten Caate, koopman tot Almelo, een som van 1443 guldens en 16 stuivers, wegens een betekende handschrift van 16 augustus 1760 en aan de
E Harmannus ten Caate, koopman tot Almelo en zijn vrouw, een som van 727 guldens en 10 stuivers wegens betekende handschrift van 20 augustus 1760, alsmede aan Henrikus Schoemaker en zijn vrouw een som van 222 guldens wegens een obligatie van 17
juni 1758 met de rechts verschenen interest, en aan compts zus Grietjen Wiegers, wedw van Roeloff Gerritsen en som van 53 guldens, wegens een verkocht stuk linnen, en nog aan Hinrikjen Gerrits Schuirman een som van 50 guldens wegens verdient
meide loon, een kapitaal samen van 2496 guldens en 6 stuivers. Comparanten stellen hypotheek met onderpand op een huis, schuur en verder timmeragie, met dezelver 2 akkers lands opgaans, gedeeltelijk onverscheiden met Egbert Schuirman, en alhier
op 't Vriezenveen, een halve akker hooiland, gelegen in het zgn Olde Scholsland, beginnende van de buiterenweg, en ongeveer een halve akker woestenland, gelegen in de wester woesten, en een halve akker turfland, gelegen op de westere hoeve, met
nog een vierendeel akker turfland, mede op de westere hoeve gelegen, alle alhier op 't Vriezenveen. De akte is doorgehaald, zonder vermelding van een opmerking in de kantlijn van de akte. [T0079_INV6_p251]
1765-05-09: Frederik Frederiks Waanders, voor zich zelfs, alsmede Berent Gerrits, als voogd van de kinderen van wijlen Frerick Freriksen Waanders, benevens Berent Boer, namens zijn schoonzoon Gerrijt Geerdink, alsmede voogd van voorn kinderen,
welke verklaarden op 8 februari 1765, verkocht te hebben des comparants en deze pupillen eigen toebehorende akker hooiland in Busschersland gelegen, beginnende van de Buiterenweg, tot aan of met de Dijk of Aa, ten profijte van Henrikus
Schoemaker, zijn vrouw Stientjen Harwig en kinderen, voor een som van 385 guldens. [T0079_INV6_p405]
1766-02-22: Wijcher Jansen en zijn vrouw Leena Lubbers, en Stientjen Harwig bij absentie van haar man Henrikus Schoemaker, in deze bijgestaan met Berent Wiggers als haar voogd, welke verklaarden in februari 1765 verkocht te hebben een akker
boverweges land op de westere hoeve gelegen, gelimiteerd aan de ene zijde Wolter Gerrits en aan de andere zijde de wedw Barent Prinsen, ten profijte van Willem van Dijck en zijn vrouw, voor een som van 115 guldens. [T0079_INV6_p461]
1766-06-09: De onderscholtus Ad Henr Bartelink, als volmachtiger van de Wel Eerw Heer J G Schultz, pastoor tot Velthuijsen en de burgemeester Henrik Bruina tot Velthuijsen, als voogden van de minderjarigen zoon van wijlen Henrik Harmsen,
Hermannus Harmsen genaamd, wonende tot Velthuijsen, welke verklaarden op 28 februari 1765 verkocht te hebben 2 koeweiden, gelegen in het zgn Fransmansland, beginnende van deze Kerkweg, en gaande buitenwaarts in, in diervoegen als wijlen Henrik
Harmsen, dezelve in eigendom heeft gepossideerd en bezeten, ten profijte van Henricus Schoemaeker en zijn vrouw, voor een som van 142 guldens [T0079_INV7_p014].
1766-06-28: Jannes Lamberts en zijn vrouw Berendina Feijer, welke verklaarden op 11 maart 1766 verkocht te hebben de boveren hoek bouwland met de halve opslag, gelegen op de zgn Toeterije, ten profijte van Henricus Egberts Schoemaker en zijn
vrouw, voor een som van 75 guldens [T0079_INV7_p026].
1766-07-31: Henderik Claesen Braemer, welke verklaarde op 7 maart 1766 verkocht te hebben 2 koeweiden, gelegen in de landerijen van hem verkoper, onverscheiden met hem vekoper, en de overige ingelanden beginnende van deze nieuwen Kerkweg en
eindigende tot aan de Dijk, met de dijk en de Aa, met het maken van de steegen deele voorts, ten profijte van Henricus Schoemaker en zijn vrouw, voor een som van 180 guldens [T0079_INV7_p031].
1766-07-31: Henderik Claazen Braemer, welke verklaarde op 7 maart 1766 verkocht te hebben de halve grasgoordens, onverscheiden met Henricus Schoemaker en Wolter Crol, gelegen in de verkopers landerijen en die van het zgn Fransmansland, ten
profijte van Hinderikjen Egberts, wedw van wijlen Gerrit Brink en dezelver kinderen, zijnde dezelver goordens verkocht voor een som van 165 guldens [T0079_INV7_p034].
1768-11-04: Luicas Luicassen en zijn vrouw Henderina Langkamp, welke verklaarden schuldig te zijn aan Henricus Schoemaker en zijn vrouw Stijntjen Herwig, wegens opgenomen en verstrekte penningen, een som van an 100 guldens, comparanten stellen
hypotheek met onderpand op 2 akkeren bouwland, beginnende van het zgn boomtjen bovenwaarts ingaande, tot 4 wanden roede maat incluis [T0079_INV7_p092].
1770-01-06: Berentjen Coers, weduwe van wijlen Berend Egbert Schoemaker,voor zichzelf en als moeder en wettige voogd van haar kinderen, bijgestaan met Jan Gerritsen als voogd in deze, verklarende in september 1769 verkocht te hebben 2 hoekjes
bouwland, gelegen heen booven, op het zgn Fuit Hermsland, oostwaarts Jan Prinsen en westwaarts de zgn Toeterije, ten profijte van Henricus Egberts Schoemaker en zijn vrouw Stijntjen Harwig, voor een som van 115 guldens [T0079_INV7_p121vo]. | Schoenmaker, Hendrik (I12152)
|
84448 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 196;
Vriezenveners in Rusland door D.G. Harmsen, 2e druk, blz. 49.
1743-01-10: Ad Henr Harwig en zijn vrouw Berentjen Waanders, tutore marito en als vader en voogd van zijn minderjarige dochter Stientjen, voorts Pieter Wilh Harwig en zijn vrouw Johanna Harwig, Grietjen Jansen, wed Nicol Harwig, bijgestaan met Ad
Henr Harwig als haar voogd, Egbert Harms en zijn vrouw Hindrikjen Jansen Kleijne, Berent Harms zijn vrouw Engeltjen Egbers Braamer, Jannes Harms zijn vrouw Hindrikjen Hindriks Bramer, en mede voor haar broer Hindrik Harms, voorts Klaas Hindriks
Braamer zijn vrouw Harmtjen Jansen, Hindrik Hindriks Braamer zijn vrouw Hindrikjen Engbers, Wolter Hendriks Bramer zijn vrouw Janna Eevers Costers, en Frerick Scholten zijn vrouw Jaspertjen Crol, en Luicas Crol voor zijn broer Hendrik Crol, alles
bijgestaan met haar man als hare voogden, en erfgenamen van wijlen Jan Crol en Mettjen Jans Fronten, welke verklaarden verkocht te hebben 2 akker boverwegesland alhier op het Vriezenveen, gelimiteerd oostwaarts de wed Jan Brouwer, cs, westwaarts
Leenart Wolters, cs, ten profijte van Jan Jansen Graaff en zijn vrouw, voor een som van 416 guldens [T0079_INV5_p075].
1765-05-09: Frederik Frederiks Waanders, voor zich zelfs, alsmede Berent Gerrits, als voogd van de kinderen van wijlen Frerick Freriksen Waanders, benevens Berent Boer, namens zijn schoonzoon Gerrijt Geerdink, alsmede voogd van voorn kinderen,
welke verklaarden op 8 februari 1765, verkocht te hebben des comparants en deze pupillen eigen toebehorende akker hooiland in Busschersland gelegen, beginnende van de Buiterenweg, tot aan of met de Dijk of Aa, ten profijte van Henrikus
Schoemaker, zijn vrouw Stientjen Harwig en kinderen, voor een som van 385 guldens. [T0079_INV6_p405]
1766-02-22: Wijcher Jansen en zijn vrouw Leena Lubbers, en Stientjen Harwig bij absentie van haar man Henrikus Schoemaker, in deze bijgestaan met Berent Wiggers als haar voogd, welke verklaarden in februari 1765 verkocht te hebben een akker
boverweges land op de westere hoeve gelegen, gelimiteerd aan de ene zijde Wolter Gerrits en aan de andere zijde de wedw Barent Prinsen, ten profijte van Willem van Dijck en zijn vrouw, voor een som van 115 guldens. [T0079_INV6_p461]
1794-07-08: Stientjen Harwig, wedw Hendrk Schoemaker, geassisteerd met F R Heek als haar voogd, verklaarde dat aan haar izjn weer omgegeven en gerestitueerd zodane 1000 guldens met de interest, als op 5 april 1758 (of 1750?) door Berend Jansen en
zijn huisvrouw Janna Hendriks, van compte en haar wijlen man zijn opgenomen, waar voor een gerechtelijk verband, van huis & landerijen gepasseerd is, alsmede nu te mogen lijden dat gedachte verzettinge worde gerafeerd en vernietigd gelijk dezelve
geroyeerd en vernietigd wordt mits dezen [T0079_INV10_p161vo].
1794-09-25: Jan Schoemaker en zijn vrouw Johanna de Vries, en de moeder van Jan Schoemaker Stientjen Harwig, weduwe van wijlen Hendrikus Schoemaker, de laatste bijgestaan door F R Heek als haar voogd, verklaren gezamenlijk schuldig te zijn aan de
Heren Jan ten Cate Jz, Lambert ten Cate en Gerrit Coster Gz, een som van 18871 guldens en 2 stuivers, wegens aan haar compt gelverde linnens, waar over echter een akkoord gemaakt is op 25 mei 1793 voor 50 procent in 4 termijnen te betalen, zo nog
thans dat indien zjj van ingebreke blijven tot de voldoeninge van de gehele som gehouden zijn. Dat hierop door dezelven is betaald een som van 5794 gulden en 10 stuivers, waarvan dus nog aan de gehele som resteert 13076 guldens en 12 stuivers, en
volgens het gemaakte akkoord moeten zij nog betalen 3641 guldens en 1 stuiver, voor welke betalingen zij comparanten ten profijte van hier voren genoemde Heeren verklaarden gerechtelijk te verbinden en te veronderpanden, alle hare vaste goederen:
1. een huis en schuur met een hof daarachter;
2. 2 akkeren weide en hooiland op Fransmansland;
3. 6 dagwerk hooiland in Busschersland;
4. 2,5 dagwerk woestenland;
5. 2 koeweiden in Minsland;
6. 11 wand bouwland op zgn Foeterij en Vutterjenland;
7. een wand op Loo Gerritsland;
8. 2 dagwerk hooiland in Paasenland;
9. het Bovenweegs en turfland;
10. 1,5 wand hooiland op Glaase Berendsland.
Dit niet alleen maar ook alle mobile goederen, inboedel, vee en zaadgewassen, niet uitgezonderd [T0079_INV10_p172].
Woonde te Vriezenveen (27-08-1748). | Harwig, Stijntjen (I12153)
|
84449 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 196; Vriezenveners in Rusland door D.G. Harmsen, 2e druk, blz. 47.
1744-03-07: Grietjen Aarens, weduwe van wijlen Berent Jansen Otten, zo voor haar zelfs en als moeder boedelhoudster en wettige voogd van haar onmondige kinderen bij wijlen haar man voornoemd verwekt, bijgestaan met haar vader Aarent Waenders en
oom Mr Ad Henr Harwig als voogden, welke verklaarden verkocht hebben een derde part van het zgn Jonker Geesenland, beginnende van deze kerkweg tot aan de dijk of Aa, onverscheiden met Berent Fronten en Hendrik Feijer, gelimiteerd oostwaarts
Gerrit Henriks Brink, westwaarts Hendrik Feijer, cs, ten profijte van Jan Freriks en zijn vrouw Janna Henriks Winter, voor een som van 530 guldens [T0079_INV5_p113].
1745-11-20: Albert Lambers en zijn vrouw Aaltjen Derks Timmer, welke wegens opgenomen en ontvangen penningen, schuldig zijn aan de Schoolmeester Ad Henr Harwig en zijn voruw, een som van 560 guldens, comparanten stellen hypotheek met onderpand op
het huis met de gehelen brink en houtgewas daarop staande, een goorden gelegen aan de buitere kant van deze kerkweg, voorts omtrent 400 treden roede maat bouwland, zo en als zij het zelve van de E Bernardus Spijker hebben aangekocht, gelimiteerd
oostwaarts Garrijt Lukas Koster, westwaarts de weduwe Frerik Hendriks van Olde [T0079_INV5_p153].
Volkstelling 27 augustus 1748 te Vriezenveen, blz. 24, nr. 7:
Man : Mr. Ad. Henr. Harwig.
Vrouw : Berentjen Waanders.
Kinderen >10 jaar : -.
Kinderen <10 jaar : -.
Dienstboden : -.
Inwonenden : -.
Op 12 juni 1709 werd hij genoemd als schoolmeester. Adolf Hendrik werd vermoedelijk vernoemd naar de toemalige graaf Van Rechteren. Hij was getuige in een borgstelling anno 1717. Op 10 juni 1730 werd hij voogd over de "onmondige" (minderjarige)
kinderen van wijlen Jan Gerritsen Graave. In 1736 had hij slaande ruzie met mensen die zonder zijn toestemming gebruik maakten van zijn brug. (Gericht 9 november 1736, inv. nr. 1028, archief Huis Almelo). Hij publiceerde een aankondiging tot
schouw van wegen, sloten en dijken voor de dagen dinsdag 25 en woensdag 26 augustus 1739. Bij akte van 20 april 1756 werd hij door Adolph Philip Zeyger, graaf van Rechteren te Almelo, benoemd als schoolmeester en voorzanger tegen een jaarsalaris
van 50 Carolus gulden. Bron: DTB Vriezenveen.
1718-01-04: Luicas Harmssen Hospis en zijn vrouw Hinrikjen Engberts, welke verklaarden schuldig te zijn aan de voogden met namen Berend ten Caathe, Arendt Bartels en met bij aan en over wezen van Adolph Harrewich over het onmondige kind van
wijlen Hinrik Gerritsen ten Caathe en wijlen zijn vrouw Aaltjen Janssen, een som van 600 guldens, wegens verstrekte en geleende pennignen, comparanten stellen hypotheek met onderpand op 2,5 akker lands, met daarop staande huis en schuur,
gelimiteerd oostwaarts Rutger Berends, westwaarts de wedw van wijlen Berend Klaassen. Kantlijn akte: Op 16 januari 1729 verklaren Berend ten Caate, Arent Bartels en Adolph en Henrik Harwig, als voogden van het onmondige kind van wijlen Henrik
Geritsen ten Caate, door de wedw Luicas Hospis het bedrag te zijn betaald en dat deze akte wordt doorgehaald [T0079_INV4_p087].
1725-07-12: Frederick Janssen en zijn vrouw Fenneken Hinriksen, welke verklaarden schuldig te zijn aan de E Schultes Claas Cruis en zijn vrouw Geertien Luicas Schol, een som van 460 guldens, wegens verstrekte en geleende penningen, comparanten
stellen hypotheek met onderpand op het halve huis met de brink en zijn anpart van zijn 2 akkeren land als met namen de Grafs gaardens, zijnde onverscheiden met Gerrit Hinrixen Schuurman, nevens 3 koeweiden en onverscheiden met Adolph Henrik
Harwich, cs, en dan nog ruim het halve bouwland, voorts zover de rentgeveren tegenwoordig van voornde 2 akkeren land daartoe berechtigd zijn op en daale gelimiteerd oostwaarts Klaas Hinrixen Kroll, westwaarts Gerrit Hinrixen Schuurman
[T0079_INV4_p331].
1726-07-26: Jan Pauwels, welke verklaarde schuldig te zijn aan de E Scholtes Claas Cruis en zijn vrouw Geertjen Luicas Schol, een som van 187 guldens, 11 stuivers en 14 penningen, en aan Berend Engberts Klooster en zijn vrouw, een som van 170
guldens en 19 stuivers, en aan Frerick Henriks en zijn erfgenamen, een somv an 200 guldens, en aan Jochem Adolph Bonthe als voogd over de onmondige kinderen van wijlen Jan Leuijrink, een som van 275 guldens en 15 stuivers, aan Henrik Faaijer en
zijn vrouw, een som van 111 guldens en 8 stuivers, aan Jan ten Caathe, koopman tot Almelo, een som van 74 guldens en 14 stuivers, aan Willem Braamer en zijn vrouw, een som van 156 guldens, aan Adolph Henrik Harwig, een som van 14 guldens, en aan
Procr Nicolaes Harwich, een som van 17 guldens en 2 stuivers, comparanten stellen hypotheek met onderpand op het huis en goorden, daarachter liggende, gelimiteerd oostwaarts Henrik Wolters, westwaarts Jan Roeleffs Linkert, en dan nog een akker
hooiland in Pixenland gelegen, beginnende van de buijteren weg, onverscheiden met Leenert Wolters, westwaarts Gerrit Braemhaer, nog een half dagwerk geerenland, en ... [puntjes] wanden bouwland met een goorden gelegen op Jan Leuijrinckland
[T0079_INV4_p402].
1726-12-30: Harmen Everts Koster, bijgestaan met Jan Prinsen en Arent Hinrixen als voogden, welke verklaarde schuldig te zijn en in goeden gereden gelde ontvangen te hebben van de tijdelijke kerkmeesters van het Vriezenveen, als met namen Jan
Hinrixen Post, Wijcher Braamhaar, Jan Hinrixen Geurts en Harmen Berckhoff, een som van 300 guldens, en aan Procurator Nicolaas Harwig, Adolph Henrick Harwigh en Harmen Luicas Koster, een som van 300 guldens, tezamen 600 guldens, comparanten
stellen hypotheek met onderpand op het huis, met het goordentien daarachter gelegen in de landerijen van Arent Hinrixen, gelimiteerd oostwaarts de steeg van Arent Hinriksen, westwaarts de weduwe van Frerik Janssen, zo en als Adolph Henrik Harwigh
hetzelve gerechtelijk voor gemelde Harmen Everts Koster heeft aangekocht [T0079_INV4_p408].
1728-08-13: Jan Henriks van Olde en zijn vrouw Berendien Hinrixen Hejnemans, bijgestaan met secretaris Ritter als hun voogd, welke verklaarden schuldig te zijn aan haar Hooch Graafflijk Excellentien de Hooch Gebooren Heere Adolph Henrik Grave van
Rechteren en vrouw Sophia Juliana Gebooren Rijx Gravin van Castell, vrij Heere en de vrouw van Almelo en Vriezenveene, etc, etc, etc, 1e een som van 300 guldens, met 1,5 jaar interest van 18 guldens, welke mij Scholtus Klaas Kruis en zijn vrouw
uit gragte van een obligatie van 13 februari 1727 van comparanten deugdelijk waren competerende, en door Hooggemelde zijn excellentie voor rekening en op het verzoek van hem Jan Henriks van Olde en zijn vrouw aan mij Scholtus op heden volgens
quitantie onder de ingetrokkene obligatie ten genoegen voldaan zijn, geijk ik daar van voor mij en namens mijn vrouw alsnog ten overvloed bij deze quitere, en dan nog hij comparant Jan Hinriksen van Olde een som van 150 guldens, procederende
wegesn door hem gekoste en op mei laatstleden ontvangen varkens van enige Meijer luijden des huizes Almelo als de boer Schutteman Aalderink Vrijlink en Tijhoff en welke gekoste varkens vermits hij comparant dezelve met de onkosten over het
retardement van betalinge aangewent met kwam te voldoen door Hooggemelde zijn Excellentie voor rekening van comparant en op deszelfs verzoek tot proeventie van verdere kosten aan voornde Meijer luijden op haare restante pachten zijn gevalideerd
geworden en verklaarden vervolgens comparante Berendien Hinrixen Hejneman voor deze gementioneerde 150 guldens haar man in het particulier rakende zich te constitueren als borg en principaal onder expresse renuntiatie van het beneficium ...
Vellejani en de authontica si qua Mulier cod ad Sctum Vellejanum houdende zich van de kracht van beide voorschreven beneficien ten vollen onderricht belovende verders zij compranten de voorschreven beide sommen zich tezamen bedragende 468
guldens, comparanten stellen hypotheek met onderpand op het huis, gelegen op het Westeinde van het Vriezenveen, gelimiteerd oostwaarts de weduwe Jasper Freriksen Smelt, cs, en westwaarts de stege van Harmen Jansen Schoemaaker, en althans door
comparanten bewoond wordende, mitsgaders een akker hooi en weideland, beginnende van de doorgegraven weg en dat hen buijten tot aan de dijk of Aa, gelegen oostwaarts Harmen Jansen Schoemaker en westwaarts Jan Roeleffsen Doctor, onverscheiden met
Geertien Janssen Tout, voorts 3 wand bouwland op Harmen Jansen Schoemaakersland tussen Harmen Schoemaker en Adolph Henrik Harwig, idem 3 wand bouwland op Toutbroersland, tussen de landerijen van Jan Hinriksen Quant en eindelijk haar toebehorende
ROSMOLEN op het land van Arent Waanders, cs, staande [T0079_INV4_p463].
1743-01-10: Ad Henr Harwig en zijn vrouw Berentjen Waanders, tutore marito en als vader en voogd van zijn minderjarige dochter Stientjen, voorts Pieter Wilh Harwig en zijn vrouw Johanna Harwig, Grietjen Jansen, wed Nicol Harwig, bijgestaan met Ad
Henr Harwig als haar voogd, Egbert Harms en zijn vrouw Hindrikjen Jansen Kleijne, Berent Harms zijn vrouw Engeltjen Egbers Braamer, Jannes Harms zijn vrouw Hindrikjen Hindriks Bramer, en mede voor haar broer Hindrik Harms, voorts Klaas Hindriks
Braamer zijn vrouw Harmtjen Jansen, Hindrik Hindriks Braamer zijn vrouw Hindrikjen Engbers, Wolter Hendriks Bramer zijn vrouw Janna Eevers Costers, en Frerick Scholten zijn vrouw Jaspertjen Crol, en Luicas Crol voor zijn broer Hendrik Crol, alles
bijgestaan met haar man als hare voogden, en erfgenamen van wijlen Jan Crol en Mettjen Jans Fronten, welke verklaarden verkocht te hebben 2 akker boverwegesland alhier op het Vriezenveen, gelimiteerd oostwaarts de wed Jan Brouwer, cs, westwaarts
Leenart Wolters, cs, ten profijte van Jan Jansen Graaff en zijn vrouw, voor een som van 416 guldens [T0079_INV5_p075].
Woonde te Vriezenveen (27-08-1748). | Harwig, Adolf Hendrik (I14440)
|
84450 |
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 197.
1720-06-25: Harmen Joost en zijn vrouw Jennigien Willemsen, welke verklaarden schuldig te zijn aan E Claas Cruis en zijn vrouw Geertien Luicas Schol, een som van 126 guldens, 12 stuivers en 2 penningen, herkomende wegens verlopene Heeren lasten
met het jaar 1719 en geleend geld, comparanten stellen hypotheek met onderpand op het huis, gelimiteerd oostwaarts Berendt Janssen Fronten, westwaarts kerkmeester Bartelt Hinrixen, en alsmede een wand bouwland, groot honderd tret roede maat,
liggende in de landerijen van Jan Freriks Man, gelimiteerd oostwaarts de weduwe Henrik Claasen, westwaarts Gerrit Schuurman [T0079_INV4_p199].
1726-07-25: Geesien Freriksen Joncker, weduwe van wijlen Barthold Hinriksen, bijgestaan met Adolph Henrick Harwigh en Albert Frericksen Joncker als voogden, welke verklaarde verkocht te hebben 4,5 akker land, met daarop staande huis en schuur,
voorts met top en twijg daarop staande te vene, te velde, te heide, te weide, toe weide, mits conditie dat verkoper bescheiden heeft uit deze hare landerijen en stede bij de haard ligt en brand vrij, voorts haar slaapplaatse te behouden het welk
tot dusverre gehad heeft, voorts haar gerakheid te kunnen plaatsen op een bekwame plaats en verder zonder mettinge, gelimiteerd oostwaarts Egbert Harmssen, westwaarts Henrick Janssen Faaijer, ten profijte van Arendt Waanders, Berendt Fronten en
Henrick Janssen Faaijer, sambt derzelver huisvrouwen, kinderen en erfgenamen, voor een som van 200 guldens en 15 stuivers [T0079_INV4_p399].
1744-12-07: Jan Gerrits Schuirman en Grietjen Aarens, te renuntieren en afstand doen van de gehele erfenis zo zij van wijlen haren vader Arent Waanders hadden of zouden kunnen erven, trekken en genieten, en hetzelve bij dezen aan haar stiefmoeder
Aaltjen Berens zijn cederende en overgevende, zo zulks ook is accepterende, waar op dan vervolgens is gecompareerd Aaltjen Berens, weduwe van wijlen Aarent Waanders, bijgestaan met Otto Harwig als haar voogd, en bekende wegens opgenomen penningen
en gekochte linnens schuldig te zijn, eerstelijk aan Gerrijt Freriks een som van 320 guldens, voorts aan Oothmar ten Caate tot Almelo de som van 369 guldens en 8 stuivers, aan Roelof Wichers de som van 344 guldens en 16 stuivers, aan Hendrik
Feijer 57 guldens, aan Fenneken Harms 50 guldens, aan Gerrijt Nieuwkerk 150 guldens, en aan Grietjen Aarens de som van 100 guldens, samen uitmakende een som van 1391 guldens en 4 stuivers, comparanten stellen hypotheek met onderpand op 2 akker
land met daarop staande huis en timmeragie, gelimiteerd oostwaarts Jan Freriks, westwaarts Berent Fronten, voorts 1,5 akker boverweges land, onverscheiden met Wijcher Roeloffs, cs, oostwaarts Leenart Wolters, westwaarts Hendrik Post, cs, en dan
nog schrae een halve akker woestenland, onverscheiden met Jan Prinsen, cs, oostwaarts Pastorijenland, westwaarts Henrick Braamer, cs.
Kantlijn akte: Op 12 april 1753 is deze verzegelinge door ... geroyeerd en vernietigd [T0079_INV5_p138].
1746-10-12: Aaltjen Berents, weduwe van wijlen Arent Waanders, bijgestaan met Ad Henr Harwig als haar voogd, welke op 15 september 1746 verkocht heeft 2 aker land, met daarop staande huis en timmeragie, te vene, te velde met top en twijg daarop
staande, gelimiteerd oostwaarts Jan Freriks, westwaarts Berent Fronten, voorts 1,5 akker boverwegesland, onverscheiden met Wicher Roelofs, cs, gelimiteerd oostwaarts Leenart Wolters, cs, westwaarts Hindrik Post, en dan nog schrap een halve akker
woestenland, onverscheiden met Jan Prinsen, cs, oostwaarts Pastorienland, westwaarts Hindrik Braamer, cs, ten profijte van Roeloff Wichers en deszelfs tegenwoordige bruid, voor een som van 1391 guldens en 16 stuivers [T0079_INV5_p185].
Woonde te Vriezenveen. | Fronten, Berend (I10399)
|
|
|
|