|
|
|
|
1895 - 1971 (75 jaar)
-
Naam |
Jan Christiaan Marius Kruisinga |
Geboren |
08 apr 1895 |
Den Helder [1] |
Geslacht |
Mannelijk |
Alias |
Christiaan Terpstra |
Beroep |
candidaat notaris, notaris te Vriezenveen, dichter en schrijver, lid van de Nederlandse Maatschappij van Letterkunde |
Permanent recordnummer |
38322 |
Overleden |
01 feb 1971 |
Vriezenveen [2] |
Persoon-ID |
I38322 |
Vriezenveners.nl |
Laatst gewijzigd op |
19 jul 2024 |
Gezin |
Maria Pauwlina Lijsen, geb. 23 feb 1901, Arnhem , ovl. 17 okt 1993 (Leeftijd 92 jaar) |
Getrouwd |
17 mei 1921 |
Nijmegen [1] |
Type: Civil |
Permanent recordnummer |
16206 |
Kinderen |
|
Laatst gewijzigd op |
26 mrt 2006 |
Gezins-ID |
F16206 |
Gezinsblad | Familiekaart |
-
Gebeurteniskaart |
|
| Geboren - 08 apr 1895 - Den Helder |
|
| Getrouwd - Type: Civil - 17 mei 1921 - Nijmegen |
|
| Overleden - 01 feb 1971 - Vriezenveen |
|
|
Pin Legenda |
: Adres
: Locatie
: Stad/Dorp
: Gemeente/Graafschap
: Staat/Provincie
: Land
: Nog niet ingesteld |
-
Vriezenveen |
| Begherstraat 02 te Vriezenveen Begherstraat 2 te Vriezenveen
Leggernrs: 798, 8035
Perceelnrs: D5503, D5654, D6250, K5
Huisnrs: 3-372 (tot 1950), Almeloseweg 11 (tot 1970), Begherstraat 2
1926: stichting huis door Roomsche Gemeente Vriezenveen [74856]
1926: verkoop huis aan Jan Christiaan Marius Kruisinga [38322]
Bewoners:
1950: J. Kruisinga |
-
Aantekeningen |
- Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 303/320.
Zoon van Christiaan Francis Kruisinga en Maria Diederika Lagerweij.
1946-03-26: Jan Christiaan Marius Kruisinga, 50, notaris, woont te Vriezenveen, is huwelijksgetuige.
1971-01-23: Jan Christiaan Marius Kruisinga, woont te Vriezenveen, is overleden.
Tot 1950: Vriezenveen, 3-372.
1950-1970: Vriezenveen, Almeloseweg 11 (was: 3-372).
1970-1971: Vriezenveen, Begherstraat 2 (was: Almeloseweg 2).
Nadat hij in 1916 afstudeerde werd hij belast met de waarneming. Hij hield tijdelijk kantoor in de voorkamer van het huis staande aan de Almeloseweg 35. Op 5 juni 1925 werd Kruisinga als notaris te Vriezenveen benoemd en liet bij het pand aan de
Begherstraat 2 [voorheen Almeloseweg 11 en daarvoor Wijk 3, nr. 372] bouwen, waarin hij zijn intrek nam. Bij Koninklijk Besluit van 23 juli 1964 werd hem per 1 mei 1965 eervol ontslag verleend, i.v.m. het bereiken van de ingevoerde leeftijdsgrens
voor notarissen.
Kruisinga was naast notaris ook een zeer verdienstelijk dichter en schrijver, vooral op maritiem gebied. Hij schreef onder het pseudoniem Christiaan Terpstra. Ook was hij lid van de Nederlandse Maatschappij van Letterkunde.
Gegevens met dank aan Dolf Houwing:
Het gedicht "Stadskanaal" werd voor het eerst gepubliceerd in De Nieuwe Stem, jaargang 1952/1953. In 1998 werd het ook afgedrukt in "Kort verhaal van Stadskanaal" van W.H. van der Ploeg.
Uitgaven onder Christiaan Terpstra:
- Het klokhuis, 1939;
- 53À N.B., 1943;
- [Het klokhuis]: verzen, 1946;
- Koudvuur, 1946;
- Koper en tin, 1946;
- Geasa: gedichten, 1955;
- 53À N.B., 02-1990.
In de jaargang 1952-1953 van 'De nieuwe stem' verscheen voor het eerst het hieronderstaande gedicht van Christiaan Terpstra. Sindsdien is het op vele plaatsen geciteerd.
Stadskanaal
Tien mijlen lang is deze vaart,
recht als een lineaal -
een kras in de toeristenkaart:
de schram van Stadskanaal.
Zoals de Styx door Hades stroomt
ligt hier provinciaal,
in afval en in alg verdroomd
de vaart van Stadskanaal.
Zij heeft geen eind en geen begin;
ze ligt er grauw en vaal
tussen de zware iepen in.
Een bord zegt: Stadskanaal.
Zelfs voor een droom is nog te lang,
te ndimensionaal,
e monotone trieste zang
van 't eindloos Stadskanaal,
waarin zelfs 't water ligt gestremd
langs berm en steigerpaal...
Nooit maakte iets mij zo beklemd
en droef als Stadskanaal.
Al stralen winkels neonlicht
- dat doen ze allemaal,
tot aan het eind van 't vergezicht,
langs 't stenen Stadskanaal.
Alles is kleurloos, recht en hard
berekend en banaal
- raakte er ooit een ziel verward
op straat in Stadskanaal?
Tien mijlen straat, tien mijl trottoir,
betegeld en royaal;
daar schuifelt dan de Drentenaar
- het schuifelt allemaal
langs winkel, sluis en kerk en kroeg,
langs dans - en clublokaal,
op tien mijl tegels, nt genoeg,
nt langs het Stadskanaal.
De meisjes zijn gepermanent
- dat zijn ze allemaal
van het begin tot 't laatste end
der Styx van Stadskanaal.
Ze kijken strak en hard en dom,
en gillen rare taal,
en kijken naar de jongens om
- dat wordt een nieuw verhaal,
want wie hier van zijn jeugd al zat
vindt alles heel normaal,
en wou dat hij zo 'n meisje had
van straat, uit Stadskanaal.
Bron: http://www.stellingwerven.myweb.nl/mijmer48.htm
PALEIS NOORDEINDE 24 DECEMBER 1997:
"CLAUS IK MOET MORGEN NOG EEN KERSTREDE HOUDEN VOOR DE RADIO, HEB JIJ NOG EEN IDEE. IK WIL WEL EENS WAT ANDERS"." MISSCHIEN KEN JE EEN MOOI GEDICHT VOORLEZEN OF EEN MOOI LIED LATEN ZINGEN OF EEN MUZIEKSTUK LATEN OPVOEREN. JE ZOU EEN PAAR
JONGLEURS EN EEN GOOCHELAAR MET TIJGERS EN OLIFAN... CLAUS JE DRAAFT DOOR. IK WIL GEWOON EENS IETS ANDERS ZEGGEN, IETS WAAR DE MENSEN IETS AAN HEBBEN. KIJK EENS EVEN OP INTERNET WAT JE ONDER DE KERSTGEDACHTE KUNT VINDEN. CLAUS ZET DE KOMPUTER AAN
EN FLUIT ONDERTUSSEN ZACHTJES WAAR DE BLANKE TOP DER DUINEN. "HEB JE AL IETS GEVONDEN?" "JA HO WACHT EVEN IN MOET EERST NOG EVEN VERBINDING MAKEN MET ONZE HOFPROVIDER." EVEN LATER: "IK HEB VERBINDING, KERSTGEDACHTE ZEI JE: IK HEB 58 DOCUMENTEN
GEVONDEN WAAR HET WOORD KERST GEDACHTE IN VOOR KOMT. LAAT MAAR EENS WAT HOREN:
DIT IS EEN GEDICHT VAN CHRISTIAAN TERPSTRA (1895-1971),UIT: GEASA (AMSTERDAM, 1955), EN HET STAAT OP EEN PAGINA VAN ONZE LEIDSE UNIVERSITEIT, HET HEET:
ZALIG UITEINDE
MET KERSTMIS KOMT DE KERSTGEDACHTE
IK HOOR NOG LIEVER DE SIRENE
DAN DAT GEHERDERTJE BIJ NACHTE;
IK WOU NOG LIEVER EEUWIG WACHTEN
DAN EEN MOMENT TE MOETEN MENEN
DAT KRIBBE, GANS OF ZONNEWENDE,
OF KAARSVET IN EEN TRONK, BEHANGEN
MET RINKELGLAS, HET SCHUW VERLANGEN
ZOU DOVEN NAAR HET VROLIJK ENDE,
DAT MIJ AL JAREN HEEFT BEVANGEN.
HMM, JA, MOOI, WAT HEB JE NOG MEER?
EEN BRIEF VAN DE VSSB:
VLAK VOOR KERST HEEFT DE VSSD EEN BRIEF AAN KONINGIN BEATRIX GESCHREVEN, MET HET VERZOEK OM DE STUDENTEN IN HET KADER VAN DE KERSTGEDACHTE EEN EXTRAATJE TE GEVEN BOVENOP DE REGULIERE STUDIEFINANCIERING.
,,ALS MOEDER VAN STUDERENDE KINDEREN WEET U OOK DAT STUDENTEN HET FINANCIEEL GEZIEN STEEDS MOEILIJKER KRIJGEN'', ALDUS JELLE DE JONG, PENNINGMEESTER VAN DE VSSD, IN DE BRIEF. ,,KUNT U ALS HOOFD VAN DE REGERING RITZEN NIET EENS WAT MEER FINANCIELE
RUIMTE GEVEN. NATUURLIJK BEGRIJPEN WIJ OOK WEL DAT HET BOVENSTAANDE
MAKKELIJKER IS GESUGGEREERD DAN UITGEVOERD. TOCH ZOU EEN KLEIN SYMBOLISCH GEBAAR MENIG STUDENT AL EEN HART ONDER DE RIEM STEKEN.''
INMIDDELS HEEFT DE VSSD OOK EEN ANTWOORD GEKREGEN VAN HET KABINET DER KONINGIN. ,,UW BRIEF IS AAN MINISTER RITZEN OVERHANDIGD.''
JA IK BEN BENIEUWD WAT DAAR UIT KOMT. MAAR DIT WIST IK AL. HEB JE NIETS PRIKKELENDS, IETS APARTS:
JA HIER HEB IK IETS, MAAR NEE DIT KAN NIET DIT IS TE GROF, JA NOU HEB JE MIJ NIEUWSGIERIG GEMAAKT LAAT HOREN
:OVERPEINZING VAN ARJAN DOMHOF:" KRABBEND AAN MIJN KRUIS DENK IK FILOSOFEREND:"DE WERELD IS KUT." "NOU IK HOOR HET WEL WEER, VAN DAT ITERNET VAN JOU WORDT IK NIKS WIJZER. IK HOU WEL WEER HET OUDE VERHAAL VAN DIE RIJKEN EN DIE ARMEN EN DE
MILJEUVERVUILING EN HET GAT IN DE OZONLAAG EN DE GROEI VAN ONZE EKONOMIE ENZO. DAT VERHAAL KAN NOG JAREN MEE."
TOT VOGENDE WEEK.25 december 1997 Jan Gattien
Notaris te Vriezenveen van 1 december 1924 tot mei 1965.
Notaris in 1943.
Woonde te Vriezenveen (19-07-1943); Vriezenveen, Almeloseweg 11.
|
-
|
|
|