|
|
|
|
1761 - na 1772 (~ 12 jaar)
-
Naam |
Lena Fik |
Gedoopt |
27 sep 1761 |
Vriezenveen [1] |
Geslacht |
Vrouwelijk |
Permanent recordnummer |
3645 |
Patroniem |
Egberts |
Overleden |
na 1772 |
Persoon-ID |
I3645 |
Vriezenveners.nl |
Laatst gewijzigd op |
23 mei 2021 |
Vader |
Egbert Fik, ged. 02 okt 1718, Vriezenveen , ovl. tussen 1764 en 1767 (Leeftijd ~ 45 jaar) |
Moeder |
Grietjen ten Cate, ged. 29 jun 1721, Vriezenveen , ovl. 26 nov 1806, Vriezenveen (Leeftijd ~ 85 jaar) |
Gezins-ID |
F207 |
Gezinsblad | Familiekaart |
-
Gebeurteniskaart |
|
| Gedoopt - 27 sep 1761 - Vriezenveen |
|
|
Pin Legenda |
: Adres
: Locatie
: Stad/Dorp
: Gemeente/Graafschap
: Staat/Provincie
: Land
: Nog niet ingesteld |
-
Aantekeningen |
- 1772-04-11: Henderik ten Cate en zijn vrouw Jenneken Brouwer, de laatste bijgestaan met Jan Brouwer als haar voogd, beide gezond van lichaam, waarin genoemd:
- zij maken elkander erfgenaam, 2 akkeren lands met daarop staande huis, schuur en verdere timmeragie daarop staande en de goordens in Wolter van Uitersland, zo achter als voor het huis van Wolter van Uitert gelegen, en dan nog een anpart in
dezelve goordens zo testatoren van Jannes Holland hebben aangekocht, alsmede nog een goorden gelegen in Pillenland, voor heen aangekocht van wijlen Berent Vos, en een hoekjen grond of goorenland, aangekocht van de weduwe Frederik Feijer, voorts
enige bouwgereedschap, zo van wagens, ploeg, eegeden, daarbij de paarden of paard, zo bij het bouwgereedschap behoord, alsmed de krabben zo paarden als koekrubben, exempt de jacht waege en chaize, voorts de bedden puelwen en kussens;
- beide aan de zoon van Claes Cruijs, genaamd Gerrit Henderik, een som van 300 guldens;
- beide aan de diaconie of armenstaat alhier, 300 guldens;
- beide aan Jan Wolters Brouwer, 200 guldens;
- hij zijn neven Berent Berentsen ten Cate en Bernardus Gerrits ten Cate, enige en universele erfgenamen, mobile als inmobile goederen, linnen en wollen kleren, goud of zilver, en al wat tot zijn lichaam mocht behoren, Berent Berents ten Cate, 2
portien, en Bernardus Gerritsen ten Cate een portie of een gedeelte tegens als Berent Berents ten Cate 2 gedeeltens of portien;
- hij aan de dochter van wijlen Jan Frederix Fronten, genaamd Frederica, tot Amsterdam woonachtig, 150 guldens;
- hij aan het kind van wijlen Egbert Vik, genaamd Lena, 150 guldens, aan het meisje Janna 200 guldens;
- hij aan de kinderen van wijlen Jan Jonker, genaamd Luicas en Armke Jonker, ieder 100 guldens;
- hij aan de dochter van Melchert Brinkman, Aeltien genaamd, 300 guldens;
- hij aan de vrouw van Claas Cruijs, genaamd Grietjen Otten en aan haar 3 kinderen, genaamd Jan, Johannes en Gradus Cruijs, ieder 50 guldens, tezamen 200 guldens;
- hij aan Aeltien Gerrits Feijer, wedw van wijlen Harmen Egbers Meijer, en aan haren zoon Claas Claesen, ieder 75 guldens, tezamen 150 guldens;
- hij aan zijn zus Frederica ten Cate, vrouw van Gradus Rhee, 150 guldens;
- hij aan de vrouw van Jannes Scholl, genaamd Janna Otten, 50 guldens;
- zij aan haar beide dochters, met namen Janna Otten, getrouwd met Jannes Scholl, en Grietjen Otten, getrouwd met Claas Cruijs, enige en universele erfgenamen, vaste en mobile goederen, linnen en wollen kleren, en wat verder tot haar lijf mocht
hebben behoord, alsmede het zilver of goud van haar testatrice. Kantlijn akte: Bij niet vermelde datum wordt dit testament doorgehaald [T0079_INV7_p171].
|
-
Bronnen |
- DTB 507, blz. 102.
Den 27 sept. 1761: Egbert Lukassen en Grietjen Berends; Leena.
|
|
|
|