|
|
|
|
( ca. 1683) - na 1752
-
Naam |
Jochem Adolf Bonte |
Geboren |
( ca. 1683) |
Geslacht |
Mannelijk |
Alias |
Jochem Adolph, Jochem Adolp Bonte |
Beroep |
koster te Vriezenveen |
Permanent recordnummer |
25891 |
Overleden |
na 1752 [1] |
Persoon-ID |
I25891 |
Vriezenveners.nl |
Laatst gewijzigd op |
7 jun 2002 |
Gezin |
Grietjen Bonekamp, geb. ( ca. 1683), ovl. tussen 1717 en 1748 |
Getrouwd |
( ca. 1708) |
Type: Reli |
Permanent recordnummer |
9894 |
Kinderen |
| 1. Janna Bonte, ged. 10 mrt 1709, Vriezenveen , ovl. na 1753 (Leeftijd ~ 45 jaar) |
| 2. Willem Bonte, ged. 07 jun 1711, Vriezenveen , ovl. tussen 1711 en 1712 |
| 3. Willem Bonte, ged. 04 sep 1712, Vriezenveen , ovl. tussen 1763 en 1764 (Leeftijd ~ 50 jaar) |
| 4. Jan Bonte, ged. 03 feb 1715, Vriezenveen |
| 5. Hermanna Bonte, ged. 12 sep 1717, Vriezenveen , ovl. na 1751 (Leeftijd ~ 35 jaar) |
|
Laatst gewijzigd op |
22 mei 2000 |
Gezins-ID |
F9894 |
Gezinsblad | Familiekaart |
-
Westeinde |
| Westeinde 019, Westeinde 21 en Westeinde 23 te Vriezenveen Westeinde 19, Westeinde 21 en Westeinde 23 te Vriezenveen
Leggernrs: 393, 2851, 5712, 6650, 7186, 12639, 12490, 13989, 13990
Perceelnrs: E654, E1863/E1864[ged], E2315/E2316[ged], E2341, E3246, E5117, L483, L1732
Huisnrs: 4-436 (tot 1957), Westeinde 19
Huisnrs: Westeinde 21 (vanaf 1957)
Huisnrs: 4-435 (tot 1957), Westeinde 23
1817: huis… |
-
Aantekeningen |
- Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 29/42.
1717-07-06: Al zo er enige kwestie was ontstaan wegens de opweg naar en uit de gaardens van de kosterse weduwe Bonthe, alsmede van haar zoon Jochem Adolph Bonthe, zo die gelegen zijn buiten die doorgegraven Waterleijdik, tussen de landerije van
Egbert ten Caathe, ter ener, en Warner Roelofs ter andere zijde, en ik onder geschreven, zodanen ...tiensen opweg tot 2 maal in ogenschijn genomen hadden zonder daarvoor de partijen in de minne te hebben kunnen vergelijken, dat evenwel volgens
landrecht part 2, lid 16, art 1 daargeen land zonder weg kan zijn, van en wederom op de gemenen weg als het poinct in kwestie en alleen maar op aankomt, wie dat met zodane opweg bezwaard behoort te worden, en dan omtrent voorschr pinct in qualtie
geconfidereerd zijnde dat het Vriezenveene volgens alle oude brieven tot heden ten dage verdeeld is geweest in hoeven en ijder hoove, naderhand in vierendeel of vierakkers en sommige vierendeels, vervolgens wederom in akkers, en dat alle voorschr
akkers luid de gemelde brieven liggende op de daale te velde te twijge met haar recht en gerechtigheid daad en onraad, dat verder op het verzoek en ter instantie van de gemeente van het Vriezenveene tot gemene beste van voorschrevene carspel van
het Vriezenveene door mij orders de gemene weg of de zgn Waterleijdik is door gegraveng eworden, en de kosterse en Jochem Adolph Bonthe des halven daardoor zijn ontzet geworden om lange de gemene weg of zogn door gegravene Waterleijdijk naar haar
huis te varen en te drijven zo is, dat ik Adolph Henderick des Heiligen Roomschen Rijks Graaff van Rechteren, etc, om voorschrevene redenen tot de cisie van gemelde kwestie voor recht verstaan, dat de last van de opweg zijnde een onraad wederom
moet komen en gelegd worden op de bezitter van het vierendeel of akkeren van degene daar de gaardens van voorschr kosterse en Jochem Adolph Bonthe boven of beneden naarmate ingelegen zijn, en dat derhalve zij kosterse uit haar gaarden zal moeten
varen als zij van ouds en voor het doorgraven van de Waterleijdijck heeft gedaan tot aan de voornde door gegraven Waterleijdijck of weg en de vandaar af zal gebruiken de stege van Egbert ten Caathe achter wiens land haar gaarden gelegen is en dat
vermits de weg uit de gaarden van Jochem Adolph Bonthe naar de stege oostwaarts onbruikbaar is, en gelegen achter de gaarden van de weduwe Prinssen, welke de stege van Waander Roelofs gebruikt, hij Jochem Adolph Bonte uit zijn gaarden de stege
van Waander Roelofs ook zal gebruiken, met dat zij kosterse en Jochem Adolph Bonthe ook zullen gehouden wezen de 1e om de stege van Egbert ten Caathe en de 2e stege van Waander Roelofs naar behoren te helpen maken, in zoverre zij die gebruiken,
aldus [T0079_INV4_p064].
1720-09-02: Trine Janssen, weduwe van wijlen Jan Leuirink, bijgestaan met kerkmeester Bartelt Hinrixen als voogd, en nevens Jochem Adolph Bonthe en Jan Pauwels als voogden over de 4 onmondige kinderen van wijlen Jan Leuirink, met toestemming van
de Heer van Almelo volgens akte van 8 oktober 1719, welke verklaarden verkocht te hebben een koeweide buijten de goordens en die van de goordens hebben, den opweg na .uota zullen helpen maken, beginnende van deze weg tot aan de Aadijk, of met de
Aa, alsmede de stegen delen te maken dijk te maken de Aa te raijmen (?), en de opweg helpen maken, voor een som van 492 guldens, 10 stuivers en 8 penningen, aan handen van de kerkmeester Jan Prinssen en zijn vrouw Mettien Hinrixen
[T0079_INV4_p208].
1722-04-20: Jan Harmssen Vetteker en zijn vrouw Cunnera Janssen Kleijne, welke verklaarden schuldig te zijn, buiten de verzettinge gepasseerd op 24 januari 1722, aan de E Schultes Claas Cruis en zijn vrouw Geertjen Luicas Scholl, een som van 500
guldens, wegens verstrekte en geleende penningen, comparanten stellen hypotheek met onderpand op het huis, staande en gelegen op Vicarienland, gelimiteerd oostwaarts Jan Pauwels, westwaarts Jochem Adolph Bonthe, en nog een goorden, liggende in de
landerijen van Jan Prinssen en Berendt Klooster en Luicas Hols, en nog verbindende de rentgeveren tot meerdere securiteit van deze schuld haar 2 akkeren lands met daarop staande huis en schuur, gelimiteerd oostwaarts de wedw van wijlen Jan
Gerritsen Graave, westwaarts de kerkstege, mitsgaders 2 akkeren turfland liggende in Patersland.
Kantlijn akte: De Ed Scholtes Klaas Kruis en zijn vrouw Geertien Luicas Schol verklaarden op 20 juli 1726 dat door Jan Harmsen Vetteker en zijn vrouw Kunnera Jansen Kleijne het bedrag met rente voldaan is en daarmee de akte doorgehaald is
[T0079_INV4_p265].
1726-07-20: De edele Claas Cruis, scholtus tot Vriezenveene, en zijn vrouw Geertien Luicas Schol, welke uit handen van Jan Harmssen Vetteker en zijn voruw Kunnera Janssen Kleine in goeden gangbaren gelden ontvangen te hebben een som van 2499
guldens, en zulks in voldoening en tot weder inlossing van derzelver gedistrangeerde en op 17 juni en 1 juli 1724 bij executie verkochte vaste goederen door hem comparant aangekocht en volgens koopcondities en voorwaarden hem Jan Harmsen Vetteker
wedreom in te lossen expresselijk gereserveerd met alle verdere daarop aangewendene kosten en gedaan verschot, zo van honderdsten penning, als wijnkoop armengeld en opdracht alsmede resterende Heeren lasten en sedert de gedane verkopingen
verschenen interest invoegen als hier na gespecificeerd staat, als namelijk wegens de kooppenningen 2161 guldens, de opstuivers van dien ter somma van 108 guldens en 1 stuiver, de 100e penning van 33 guldens, de halve wijnkoop en armengeld van 2
guldens en 13 stuivers, de halve opdracht van 3 guldens en 3 stuivers, de verschenen interest zo sedert de gedane verkoping op beide kapitalen het ene ter somma van 1150 guldens en 17 stuivers, het 2e van 500 guldens ten voordeel van comparant in
de voorschreven vaste goederen gevestigd zijnde, verlopen zijn van 66 guldens, eindelijk wegens resterende Heeren lasten van 1724 van 44 guldens, 8 stuivers en 6 penningen, 1725 van 40 guldens en 15 stuivers, en het lopende jaar 1726 bij provisie
van 40 guldens, dus alle in allen uitmakende de bovengemelde penningen ter somma van 2499 guldens, comparanten stellen hypotheek met onderpand op de gehelen inboedel door deze edelen gerigt op 19 juli 1726 zijn geinventariseerd en deze sub a
getranssigeert mitsgaders derzelver een langs gedistraheerde en op heden wederom ingeloste vaste goederen bestaande in deze na volgende percelen:
1e het erve of 2 akkeren lands en het daarop staande huis en schuur door hem comparanten althans bewoond;
2e het huis staande op Vicarienland, gelimiteerd oostwaarts Jan Pauwels, westwaarts Jochem Bonthe;
3e een goorden liggende in de landerijen van Jan Prinsen, Berend Kloster en Luicas Holst;
4e 2 akkeren turfland, liggende in Patersland [T0079_INV4_p391].
1726-07-26: Jan Pauwels, welke verklaarde schuldig te zijn aan de E Scholtes Claas Cruis en zijn vrouw Geertjen Luicas Schol, een som van 187 guldens, 11 stuivers en 14 penningen, en aan Berend Engberts Klooster en zijn vrouw, een som van 170
guldens en 19 stuivers, en aan Frerick Henriks en zijn erfgenamen, een somv an 200 guldens, en aan Jochem Adolph Bonthe als voogd over de onmondige kinderen van wijlen Jan Leuijrink, een som van 275 guldens en 15 stuivers, aan Henrik Faaijer en
zijn vrouw, een som van 111 guldens en 8 stuivers, aan Jan ten Caathe, koopman tot Almelo, een som van 74 guldens en 14 stuivers, aan Willem Braamer en zijn vrouw, een som van 156 guldens, aan Adolph Henrik Harwig, een som van 14 guldens, en aan
Procr Nicolaes Harwich, een som van 17 guldens en 2 stuivers, comparanten stellen hypotheek met onderpand op het huis en goorden, daarachter liggende, gelimiteerd oostwaarts Henrik Wolters, westwaarts Jan Roeleffs Linkert, en dan nog een akker
hooiland in Pixenland gelegen, beginnende van de buijteren weg, onverscheiden met Leenert Wolters, westwaarts Gerrit Braemhaer, nog een half dagwerk geerenland, en ... [puntjes] wanden bouwland met een goorden gelegen op Jan Leuijrinckland
[T0079_INV4_p402].
Volkstelling 27 augustus 1748 te Vriezenveen, blz. 19, nr. 2:
Man : Jochem Bonte.
Vrouw : -.
Kinderen >10 jaar : -.
Kinderen <10 jaar : -.
Dienstboden : -.
Inwonenden : Harmina Bonte.
Woonde te Vriezenveen (27-08-1748).
|
-
Bronnen |
- Vuursteden Vriezenveen 1752.
|
|
|
|