|
|
|
|
1716 - 1811 (95 jaar)
-
Naam |
Albert Meenderink |
Geboren |
1716 |
Ootmarsum |
Geslacht |
Mannelijk |
Alias |
'Huten Albert', Alberti, Albertus Menderink, Meinderik |
Beroep |
landbouwer, varkenshandelaar |
Permanent recordnummer |
25465 |
Overleden |
13 aug 1811 |
Vriezenveen, Vriezenveen [1] |
|
Persoon-ID |
I25465 |
Vriezenveners.nl |
Laatst gewijzigd op |
6 jun 2022 |
Gezin 1 |
Janna Geerdink, geb. ( ca. 1737), Vriezenveen , ovl. tussen 1760 en 1765 |
Ondertrouw |
09 mei 1760 |
Vriezenveen [2] |
Permanent recordnummer |
9724 |
Kinderen |
|
Laatst gewijzigd op |
25 aug 2009 |
Gezins-ID |
F9724 |
Gezinsblad | Familiekaart |
Gezin 2 |
Fenneken Bramer, geb. ( ca. 1728), ovl. na 1773 |
Ondertrouw |
04 mei 1765 |
Vriezenveen [3] |
Permanent recordnummer |
9723 |
Kinderen |
|
Laatst gewijzigd op |
20 dec 2009 |
Gezins-ID |
F9723 |
Gezinsblad | Familiekaart |
-
Gebeurteniskaart |
|
| Geboren - 1716 - Ootmarsum |
|
| Ondertrouw - 09 mei 1760 - Vriezenveen |
|
| Ondertrouw - 04 mei 1765 - Vriezenveen |
|
| Overleden - 13 aug 1811 - Vriezenveen, Vriezenveen |
|
|
Pin Legenda |
: Adres
: Locatie
: Stad/Dorp
: Gemeente/Graafschap
: Staat/Provincie
: Land
: Nog niet ingesteld |
-
Aantekeningen |
- Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 81.
1756-12-21: Jan van den Beek, Hindrikjen van den Beek, wedw van Henrikus Boer, bijgestaan met haar broer Jan van den Beek als haar voogd, en Albert Meijnderink, samen de rato caverende voor de absente zusters en moeje [=tante] Anna en Geertjen
van den Beek, welke verklaarden in 1755 verkocht te hebben 2 akker en een vierendeel akker boverwegesaland, beginnende van de Waterleijdick en dat bovenwaarts in, alhier op het Vriezenveen op de westere hoeve, naar contingent met de verkopers als
eigenaren van het land van deze Waterleijdick tot aan de buiteren doorgravenen weg te verdelen, ten profijte van Jan Gerrits en zijn vrouw Magdalena Harwig en erfgenamen, en aan Berentjen en Geertruit Harmsen en erfgenamen, voor een som van 335
guldens [T0079_INV5_p594].
1765-05-09: Jan Jonkman, Berent Engbers, Hindrikjen Gerrits Smelt, Jan Roelofsen, de rato mede caverende voor de overige kinderen en erfgenamen van de weduwe wijlen Jan Gerrits Smelt, welke verklaarden hen dat wijlen de comparanten moeder en
bestemoeder de wedw van Jan Gerrits Smelt voornd in het jaar 1764 aan Albert Meijnerink heeft verkocht een halve akker hoevenland op de oostere hoeve gelegen, voor een som van 67 guldens. [T0079_INV6_p416]
1770-06-16: Testament, opgemaakt ten huize van, Henderikjen Jansen van der Beek, weduwe van wijlen Henricus d Boer, enigszins zwak van lichaam en bijgestaan met Egbert Berents als haar voogd, waarin genoemd:
- het kind of oudste dochtertje van wijlen haar nicht Aeltien Herms Braemer, als getrouwd geweest aan Jan Henderik Wiegers, genaamd Berendina Wiegers, enige en universele erfgenaam;
- bij het overlijden van Berendina Wiegers, zullen de na te laten goederen devolveren en succederen op het 2e kind, genaamd Hermen Jan;
- en bij diens overlijden, op het 3e kind van Jan Hend Wiegers, genaamd Jannes;
- en bij diens overlijdens, op het jongste kind van Jan Henderik Wiegers, genaamd Henderica Wiegers;
- aan haar zuster, genaamd Geertjen Jansen van der Beek, de sterfdag van testatrice mocht komen te beleven, dat dezelve als dan vervolgens in het huis zal blijven en dezelve door deze haar geenstitueerde erfgenamen zal worden gealimenteert en
onderhouden worden, in en met alles, wat dat zij tot haar einde des levens, mocht van noden wezen;
- aan haar neeft Aelbert Menderink, 400 guldens, zo testatrice onder hem heeft staan en de besten eiken boom, zo op het land of erve is staande, om dezelve pennignen, door hem, indien zij testatrice,d ie bij haar leven niet mocht van noden wezen,
niet zullen worden uitgekeerd en betaald, maar als dan, door hem behouden kunnen worden;
- aan Godsarmen alhier, 50 guldens [T0079_INV7_p138].
1773-04-09: Albert Menderink en zijn vrouw Fenneken Jaspers Braemhaer, welke verklaarden schuldig te zijn aan Jan de Graeff en zijn erfgenamen, een som van 900 guldens, wegens verstrekte penningen, comparanten stellen hypotheek met onderpand op 3
en 3/8 deel akkers lands opgaans, met het daarop staande huis, schuur en verdere timmeragie, exempt het huis en goordens van Henrik d Groot en Aleijda Smelt behorende, gelimiteerd oostwaarts de weedw van wijlen Frederik Braemer en westwaarts Jan
Henderik Wiegers [T0079_INV7_p213vo].
1773-06-15: Jan Henderik Wiegers, voor zich en als boedelhouder, vader en wettige voogd van zijn kinderen, de rato caverende, welke verklaarde schuldig te zijn aan Henricus Clumper, wegens verstrekte penningen, een som van 1000 guldens,
comparanten stellen hypotheek met onderpand op 2,5 akker lands opgaans met het daarop staande huis, schuur en verdere timmeragie, gelimiteerd aan de oostzijde Albert Menderink en aan de westkant, voor een gedeelte gesepareerd en gelegen met
Egbert Berents, mitsgaders een halve akker woestenland, alsmede de achtermate zijnde hooiland, beginnende van de Weeteringe tot aan de dijk of de Aa, gelegen in de landerijen van het zgn Jan d Ruiters en Weversland, een grasgoorden bij de
buiterenweg in het zgn Hols Jans Derksland, benevens zijn 2 akkeren Superplusland, gelegen naast die van de weedw wijlen Berent Engbers, en een halve akker hoevenland op de oosterhoeve [T0079_INV7_p217].
Woonde te Vriezenveen (09-05-1760, 04-05-1765).
|
-
Bronnen |
- Overlijdensakte/DTB 512, blz. 040.
Albert Meinderink, overleden den dertienden der maand augustus 1811, oud 95 jaaren, nalatende kinderen en kinds kinderen.
Aktenummer: v-1811-35/17
- DTB 510, blz. 051.
Den 9 meij 1760: Albert Meenderink, nz. van Garret Meenderink, en Janna
Geerdink, nd. van Jannes Geerdink, beijde alhier.
Aktenummer: vnh1760-07
- DTB 510, blz. 058.
Den 4 maij 1765: Albert Menderink, weduwenaar van Janna Geerdink en
Fennegjen Bramer, nd. van Japser Bramer, beijde alhier.
Aktenummer: vnh1765-09
|
|
|
|