|
|
|
|
1722 - na 1788 (~ 67 jaar)
-
Naam |
Jan Faijer |
Gedoopt |
27 sep 1722 |
Vriezenveen [1] |
Geslacht |
Mannelijk |
Alias |
Jan Gerritsen, Gerretsen, Garretz Feyer, Feijijer, Fayer, Faeijer, Feijer, Feijers |
Permanent recordnummer |
1551 |
Patroniem |
Gerrits |
Overleden |
na 1788 |
Vriezenveen [2] |
Begraven |
Vriezenveen [3] |
Persoon-ID |
I1551 |
Vriezenveners.nl |
Laatst gewijzigd op |
5 jun 2022 |
Gezin |
Janna Jansen, ged. 26 jul 1722, Vriezenveen , ovl. na 1765, Vriezenveen (Leeftijd ~ 44 jaar) |
Getrouwd |
( ca. 1744) |
Type: Reli |
Permanent recordnummer |
1901 |
Kinderen |
| 1. Gerrit Faijer, ged. 26 mrt 1745, Vriezenveen , ovl. na 1748 (Leeftijd ~ 4 jaar) |
| 2. Hendrika Faijer, ged. 26 dec 1746, Vriezenveen , ovl. tussen 1788 en 1801 (Leeftijd ~ 41 jaar) |
| 3. Jannes Faijer, ged. 07 sep 1749, Vriezenveen , ovl. vóór 1755 (Leeftijd ~ 5 jaar) |
| 4. Hendrikjen Faijer, ged. 03 okt 1751, Vriezenveen , ovl. 14 dec 1811, Sibculo, Hardenberg (Leeftijd ~ 60 jaar) |
| 5. Gerritdina Faijer, ged. 30 sep 1753, Vriezenveen , ovl. 25 jan 1813, Vriezenveen, Vriezenveen (Leeftijd ~ 59 jaar) |
| 6. Jannes Faijer, ged. 19 okt 1755, Vriezenveen |
| 7. Jannetjen Faijer, ged. 02 okt 1757, Vriezenveen , ovl. 23 feb 1818, Vriezenveen, Vriezenveen (Leeftijd ~ 60 jaar) |
|
Laatst gewijzigd op |
24 nov 1999 |
Gezins-ID |
F1901 |
Gezinsblad | Familiekaart |
-
Gebeurteniskaart |
|
| Gedoopt - 27 sep 1722 - Vriezenveen |
|
| Overleden - na 1788 - Vriezenveen |
|
| Begraven - - Vriezenveen |
|
|
Pin Legenda |
: Adres
: Locatie
: Stad/Dorp
: Gemeente/Graafschap
: Staat/Provincie
: Land
: Nog niet ingesteld |
-
Oosteinde |
| Oosteinde 233 en Oosteinde 235 te Vriezenveen Oosteinde 233 en Oosteinde 235 te Vriezenveen
Leggernrs: 541a, 361, 1885, 2712, 3213, 5870, 3635, 8315, 13397
Perceelnrs: B1204, B2009, B5383, H722
Huisnrs: 2-178 (tot 1957), Oosteinde 233
Huisnrs: 2-177 (tot 1957), Oosteinde 235
Opm: Onbekend is welke periode het een dubbelhuis is.
1817: huis eigendom van Jan Fredrik Meijer [9514]
1840:… |
-
Aantekeningen |
- Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 110.
1749-01-29: Lukas Feijer en Lukas Geersen Huls, als voogden van Berendina Gerrits Feijer, voorts Jan Freriks en zijn vrouw Kunnera Gerrits Feijer, en dan nog Harmen Egbers en zijn vrouw Aaltjen Gerrits Feijer, welke verklaarden op 7 december 1742
verkocht te hebben aan Jan Gerrits Feijer en zijn vrouw, de volgende landerijen, als de 2 akkeren land, met daarop staande huis en timmeragie, thans door hun ... bewoond en bezeten, en dan nog een akker hoevenland, zijnde gelimiteerd aan de
oostzijde Harmen Jansen Hols en aan de westzijde Jan Otten Aaltje (?), cs, voorts de landerijen zo op het zgn Telgenkampsland is liggende, en dan nog alle de landerijen zo op en in het zgn Geerligmansland is liggende, van welke bovengenoemde huis
en landerijen comparanten als nu aan gesrijde (?) Jan Gerrits Feijer en zijn vrouw zijn doende gerechtelijke cessie, transport en overdracht en bekennen dat aan haar door de koper de volle daarvoor bezorgde penningen uitgezonderd hetgeen volgens
koopcedul voor de metinge is blijven staan, zijn voldaan en betaald [T0079_INV5_p247].
1753-01-18: Harmen Egbers en zijn vrouw Aaltjen Feijer, welke verklaarde schuldig te zijn, en in gereden gelde ontvangen te hebben van de E Jan Feijer, en Jannes Lambers en zijn vrouw, een som van 600 guldens, belovende en ... bij Harmen Egbars
en zijn vrouw aan hetgene bij ... ... ..., comparanten stellen hypotheek met onderpand op het huis, met de goorden daarachter liggende, en een koeweide, staande en gelegen in de landerijen van de weduwe Albert Berens Grubben, gelimiteerd
oostwaarts Jan Freriks Mansland, westwaarts de wedw Jan de Ruijter, voorts een akker hoevenland op de westere hoeve gelegen, een halve akker hooiland in de wester woesten gelegen, drie vierendeel akker hooiland in Klaas Bramersland gelegen,
beginnende van de Buiterenweg tot aan de Oldenweg, een goorden aanvang nemende van deze Kerkweg, zover omgraven is, in Lange Frerick Albersland gelegen, een halve akker hooiland in Piksensland gelegen, beginnende van de Buiterenweg tot aan of met
de dijk of Aa, en dan nog 5,5 wand bouwland in de landerijen van wijlen Frerick Jansen gelegen, alles alhier op het Vriezenveen.
Kantlijn akte: Op 14 februari 1761 ... Jan Feijer en zijn vrouw Janna Jansen, van Berendina Feijer, en bekenden dat aan haar in deze verzettinge gemelde 600 guldens met de interest waren voldaan, waarmee deze akte wordt doorgehaald
[T0079_INV5_p393].
1756-07-30: De tegenwoordige kerkmeesters van het Vriezenveen, met namen Roeloff Wijchers, Jannes Prinsen en Engbert Hindriks, voorts Lukas de Boer en zijn vrouw Mechtelt Hindriks, welke verklaarde op 10 april 1756 verkocht te hebben de
kerkmeesters haar aangeerfde, en Lukas de Boer en zijn vrouw voornoemd haar toebehorende huis, de brink, het goordentjen achter het huis, met nog een hoekjen gras of weideland achter het huis, gelimiteerd oostwaarts Busschersland, westwaarts Jan
Gerrits {is hij dit?}, ten profijte van Aaltjen Hendriks en erfgenamen, voor eens om van 240 guldens [T0079_INV5_p580].
1758-04-21: Jan Feijer en zijn vrouw Janna Jansen, welke verklaarden wegens gekochte en ontvangen linnens schuldig te zijn aan de Ed Jan ten Caate Janz, een som van 1063 guldens en 9 stuivers, aan de Ed Egbert Coster, de som van 905 guldens en 15
stuivers, aan de Ed Gerrijt Coster, de som van 416 guldens, aan de Ed Jan Harmen Coster, de som van 1706 guldens, alsmede wegens bij hem ontvangen en genegotieerde penningen van bovengenoemde personen genegotieerd en opgenomen, de som van 700
guldens, en eindelijk aan Jannes Lamberts, wegens opgenomen en bij hem ontvangen penningen, de som van 300 guldens, dus samen uitmakende de som van 5501 guldens en 4 stuivers, comparanten stellen hypotheek met onderpand op 2 akkers land, met
daarop staande huis, en verdere timmeragie, omtrent 2 akkers land, in het zgn Geerdinkmansland, beginnende van de waterleiding tot aan of met de Oldengraven, en dan nog 2 akkers hooiland in Jan Lubbersland gelegen, aanvang nemende van de Oldenweg
tot aan of met de dijk of Aa, voorts 1,5 akker woestenland, gedeeltelijk onverscheiden met Frerik Smelt, en dan nog 1,5 akker hoevenland op de oostere hoeve, alles alhier op het Vriezenveen gelegen [T0079_INV5_p671].
1758-05-29: Jan Feijer en zijn vrouw Janna Jansen, welke verklaarden in 1757 in erfkoop verkocht te hebben een wand land, met de opslag, breed een een halve akker, zijnde op het ene stuk, het zgn Jan Spekkes Hammsland (?), ten profijte van Roelof
Warnink en zijn vrouw Maria Jaspers Braamer, voor een som van 135 guldens [T0079_INV5_p682].
1758-05-29: Jan Feijer en zijn vrouw Janna Jansen, welke wegens schulden zo hij en Wijcher Jansen uit de boedel van wijlen Jan Freriks Fronten wel moesten hebben, en welke penningen door gezegde Wijcher Jansen alleen aan enige Manisten (?) tot
Almelo, voor rekening van Jan Feijer zijn worden betaald, schuldig te zijn aan de zegde Wijcher Jansen en zijn vrouw, een som van 106 guldens, en aan Jan Gerritsen en zijn vrouw, wegens voor mij betaalde pennignen aan Thomas ten Caate, de som van
160 guldens, comparanten stellen hypotheek met onderpand op de mobiele goederen en inboedel des huizes, zo van paarden, beesten, kisten, kasten, niets daarvan uitgezonderd, wat naam het ook zou hebben, alsmede het gewas op het land staande,
voorts cederen de comparanten voornd over, zodane verzettinge, als zij tot laste van Harmen Egbers en zijn vrouw ter som van 150 guldens zijn hebbende.
De akte is met een x [kruis] doorgehaald. [T0079_INV5_p684].
1761-02-19: Jan Feijer en zijn vrouw Janna Jansen, welke verklaarden verkocht te hebben 7 wanden bouwland, gelegen in het zgn Scheepersland, met het zaadgewas daarop staande, en wat daar verder op kan gezaaid worden, ten profijte van de Ed
Hendrik Kuenen Campe (?), kooplieden binnen Amsterdam, voor een som van 245 guldens. [T0079_INV6_p121]
1761-07-07: Jan Faijer en zijn vrouw Janna Jansen, welke verklaarden aan Pieter Willem Harwig, Jan Schol, Jannes Schol, Henrikus Schoemaker, Wigger Jansen en Hendrik Berens Braamer, derzelver vrouwen, wegens betaalde penningen, zo door de
comparanten ingevolge een gerechtelijke verzegelinge van 21 april 1758 aan Jan ten Caate, de erven van Egbert Costers, Gerrit Kosters, Jan Harmen Costers en Jannes Lambers, schuldig zijn de som van 3500 guldens. Comparanten stellen hypotheek met
onderpand op 2 akkers lands, met daarop staande huis en verdere timmeragie, omtrent 2 akkers land in het zgn Geerlinckmansland, beginnende van de Waterleiding tot aan of met de Olden Graven, en dan nog 2 akkers hooiland in Jan Lubbersland
gelegen, aanvang nemende van de Oldenweg tot aan of met de Dijkc of Aa, voorts 1,5 akker woestenland, gedeeltelijk onverscheiden met Frerik Smelt, en dan nog 1,5 akker hoevenland op de Oostere Hoeve, alles alhier op het Vriezenveen.
[T0079_INV6_p143]
1762-06-19: Jan Feijer en zijn vrouw Janna Jansen, welke verklaarden verkocht te hebben 2 akkers hooiland, beginnende van de Oldenweg tot aan of met de Dijk of Aa, onverscheiden met Jan Smelt, en de ... K... Harms gelegen in Jan Lubbersland,
gelimiteerd oostwaarts Sijmensland, westwaarts Klaas Bramersland, ten profijte van Wolter Berens Schipper en zijn vrouw, voor een som van 500 guldens. [T0079_INV6_p199]
1763-02-19: Jan Faijer en zijn vrouw Janna Jansen, welke verklaarden verkocht te hebben een akker woestenland, gelegen in de wester woesten, onverscheiden met Frerick Smelt cs, ten profijte van Jan Jansen Broer, voor een som van 220 guldens.
[T0079_INV6_p238]
1763-03-11: Jan Faijer en zijn vrouw Janna Jansen, welke verklaarden op 27 janauri 1763 verkocht te hebben de landerijen in het zgn Geerlinkmansland gelegen, beginnende van de waterleiding hen buiten, tot aan de ouden graven, gelimiteerd
oostwaarts Jan Freriks, westwaarts de weduwe van Jannes Jonker, ten profijte van Lambert Nijboer en zijn vrouw, oude Klaas Arens, ieder voor de halfscheid, en dat samen voor een som van 550 guldens. [T0079_INV6_p241]
1764-12-11: Wij Burgemeesteren en Regerders der stad Amsterdam, certificerende voor de waarheid dat voor als gecompareerd is, Bernard Petri, koopman wonende binnen deze stad, zo voor zich, als voor zijn compagnieschap van negatie conterende ten
namen van Hendrik Kuhn en compagnie, en verklaarde bij deze in optima juris forma te costitueren, en machtig te maken Jan Prinsen en compagnie, wonende tot Vriezenveen, speciaal om in de naam van wegens hem comparant in zijne opgemelde qualiteit
aan de kinderen en nagelatene erfgenamen van wijlen Jan Faijer, of te wel aan dezelver voogden tot Vriezenveen voornoemd, voor een som van 150 guldens te transporteren en op te dragen een stuk lands, zijnde 7 wanden bouwland, gelegen in het zgn
Scheepersland, de kooppenningen te ontvangen en daar voor behoorlijke kwitantie te passeren, voorts, na de ontvangst, van die kooppenningen in de name en van wegens hem cmparant in zijn bovengemelde kwaliteit te reniutieren in of te stane van een
p..ie groot 385 guldens en 16 suitvers, de comparant en zijn compagnien wel hebbende op de boedel en nalatenschap van wijlen de gemelde Jan Faijer, en op welke p...ie door de gemelde Jan Faijer en zijn vrouw volgens akte van transport op 19
februari 1761 voor de scholtus van Vriezenveen gepasseerd, het bovengemelde stuk lands voor een som van 245 guldens in mindering van betaling was afgestaan van gedaagde Jan Faijer of wel dezelver voogden, voor alla nameninge in te staan, continu
te stellen, de... te kiezen, en etc, etc. [T0079_INV6_p382]
1765-01-10: Jan Prinsen, als gevolmachtigde van Bernard Petri, koopman tot Amsterdam, zo voor zich als voor zijn compagnieschap van negatie cauterende (?) ten handen van Hendrik Kuhn, en compagnie, welke verklaarden, ingevolge speciaal volmacht,
van Burgemeesteren en Regeerder der stad Amsterdam van 19 december 1764 gepasseerd, en alhier gezien, verkocht te hebben van zijn comparants principalen eigen toebehorende op 19 februari 1761 van Jan Faijer en zijn vrouw Janna Jansen aangekochte
7 wanden bouwland, gelegen in het zgn Scheepersland, ten profijte van de kinderen van Jan Faijer en zijn vrouw Janna Jansen, voor een som van 150 guldens. [T0079_INV6_p380]
1776-12-12: Jan Berents Berkhoff en Jannes ten Cate, als voogden van de minderjarige kinderen van wijlen Gerrit Jansen, benevens Jannes ten Cate en zijn vrouw Fenneken Jansen, ende Janna Jansen, vrouw van Jan Feijer, welke prodigus (=wegens
verkwisting onder curatele gesteld), zijnde zij in dezen bijgestaan met Jannes ten Cate als haar voogd, welke comparanten verklaarden verkocht te hebben hare grasgoorden, in en op de landerijen van het zgn Doddenland, achter de Waterleijdink,
alhier op 't Vriezenveen gelegen, ten profijte van Jannes Henderiksen en zijn vrouw, voore en som van 121 guldens [T0079_INV8_p056].
1783-11-20: Jan Berkhoff, Gerrit Freriks en Claas Claasen, als voogden van de Producus (?) Jan Feijer, alsmede van de minderjarige dochter Jannetje Feijer, voorts Lammert Kelder, en zijn huisvrouw Hendrikje Feijer, Albert de Boer en zijn vrouw
Hendrika Feijer, alsmede Jannes Bramer en zijn vrouw Gerhardijna Feijer, welke gezamenlijk verklaarden schuldig te zijn, wegens verstrekte en voor Jan Feijer te Almelo betaalde penningen, een som van 400 guldens aan Wieger Jansen en zijn vrouw,
comparanten stellen hypotheek met onderpand op het huis met het land opgaans, zo door Jan Feijer en kinder is bewoond en gebruikt geweest, gelimiteerd tussen de wed Barend van Olde en Barend Hendriks [T0079_INV9_p114].
Volkstelling 27 augustus 1748 te Vriezenveen, blz. 9, nr. 1:
Man : Jan Feijer.
Vrouw : Janna Jansen.
Kinderen >10 jaar : -.
Kinderen <10 jaar : Gerrit Feijer, Hinderine Faijer.
Dienstboden : Janna Derksen, kleijne meijt Maria Hoek.
Inwonenden : Berentdina Faijer. Woonde te Vriezenveen (27-08-1748).
|
-
Bronnen |
- DTB 506, blz. 087.
Den 27 sept. 1722: Gerrit Jansen Feijer en Henrickjen Geertsen Holst; Jan.
- Trouwboek 1785 - ?.
Overleden na 21 augustus 1785.
- Huwelijksextract Vriezenveen, 1827, nr. 5.
|
|
|
|