Aantekeningen


Treffers 1,701 t/m 1,750 van 87,707

      «Vorige «1 ... 31 32 33 34 35 36 37 38 39 ... 1755» Volgende»

 #   Aantekeningen   Verbonden met 
1701 1780-07-06: Testament, opgemaakt ten huize of woning van, van Albert Jansen, enigszins zwak van lichaam, waarin genoemd:
- zijn beide nichten, waarover hij oom is, de ene genaamd Fenneken Jaspers en de 2e Dina Frederixs, enige en universele erfgenamen;
- zijn broer Gerrit Jansen d Groot, 45 guldens, als hij aan testator verschuldigd is;
- de zoon van zijn broer Gerrit Jansen, Jan Gerrits genaamd, zijn timmergereedschap, mitsgaders zijn kleren, zo linnen als wollen, en deszelfs zilveren schoen en broekgespen, zo en als tot zijn lijf behoord, nevens het zilveren slootien in de
strop deze aangemelde Jan Gerrits [T0079_INV8_p179].

Woonde te Vriezenveen (27-08-1748). 
Jansen, Albert (I21329)
 
1702 1780-07-06: Testament, opgemaakt ten huize of woning van, van Albert Jansen, enigszins zwak van lichaam, waarin genoemd:
- zijn beide nichten, waarover hij oom is, de ene genaamd Fenneken Jaspers en de 2e Dina Frederixs, enige en universele erfgenamen;
- zijn broer Gerrit Jansen d Groot, 45 guldens, als hij aan testator verschuldigd is;
- de zoon van zijn broer Gerrit Jansen, Jan Gerrits genaamd, zijn timmergereedschap, mitsgaders zijn kleren, zo linnen als wollen, en deszelfs zilveren schoen en broekgespen, zo en als tot zijn lijf behoord, nevens het zilveren slootien in de
strop deze aangemelde Jan Gerrits [T0079_INV8_p179]. 
Gerrits, Jan (I11728)
 
1703 1780-09-xx: Berend Luicas Schoemaaker en Berent ten Caate, als voogden van de minderjarige kinderen van wijlen Claas Jansen en zijn vrouw Janna Luicas Schoemaker, welke verklaarden op 5 februari 1780 verkocht te hebben een akker lands, beginnende
achter dezen nieuwen Kerkweg en eindigende tot aan en de Oldenweg, zijnde een 4e part of 2 koeweiden in Sijmesland gelegen, zijnde gelimiteerd oostwaarts Olde Scholsland en westwaarts het land van Jan Leenders, ten profijte van Gerrit Gerritsen
Keep en zijn vrouw, voor een som van 120 guldens [T0079_INV8_p182].

1793-10-01 (lees: 1783-01-10): Testament, opgemaakt ten huize van [Gerrit] Gerritsen Keep, van Gerrit Gerritsen Keep en zijn vrouw Janna Jansen, de laatste enigszins zwak van lichaam, bijgestaan door Jan Evertman als hun voogd, waarin genoemd:
- testator aan zijn naaste bloed, 300 guldens;
- beide aan hun bloedverwanten, linnen en wollen klederen en al wat tot hun lijf mocht versneden zijn [T0079_INV9_p031].

1783-10-01: Testament van
[Toeg079_Inv9].

Woonde te Vriezenveen (27-08-1748, 25-04-1762). 
Keep, Gerrit (I36119)
 
1704 1781-02-10: Gerrit Kolthoff, vader testator, benoemd tot erfgenaam van zijn legitieme portie (Testament Wolter Kolthoff en Janna Henderiks). [Toeg0079_Inv8]

Woonde te Almelo. 
Kolthof, Gerrit (I2206)
 
1705 1781-04-23: Op verzoek van Borgart Nathan is geregistreerd copia: Borgard Nathans, joode en koopman alhier op 't Vriezenveen woonachtig en aldaar geboren te kennen gevende, hoe dat hij Remonstrand met een nicht van hem in Amsterdam woonachtig,
voornemens was in de echt te treden, ten dien einde om hem ook als dan met zijn aankomstige huisvrouw met ter woon tot verrichten zijner koopmanschap alhier op het Vriezenveen zich neder te zetten en verder zijn verblijf te nemen. En vermits den
Remonstrand zich ter aller hoogsten verplicht achtende zijn toevlucht in dezen tot U Hoog Graaffe Excellentie als vrij Heer van Almelo en Vriezenveen te nemen met die ootmoedige beeden heer voren aan gehaalde huwelijk en margin dezes goed
gunstelijk gelieve ter permitteren en toe te staan, en aan hem Remonstrandten dien einde te vergunnen, om zich als een onderdaan van de Hoog Graafflijke Excelentie in Hoog deszelfs Heerlijkheid metterwoon tot drijvinge van zijnen handel en
koopmansschap zijn verblijf te nemen
[T0079_INV10_p142vo].

1788-11-25: Op 25 november 1788 is verschenen Jenneken Bonte, wedw van Albert Kosters, geassisteerd met haar voogd Jan Roelofs, welke verklaarde als moeder van en voogdes van haar minderjarige kind ofkinderen, op 8 november 1787 te hebben
verkocht haar huis, thans bewoond door de wedw Lucas Brouwer en Hindr Bramer, benevens 3 wanden bouwland, een koeweide, een bouwgaarden en 3 hoekjes gaardenland op het zelve land binnen de Waterleidinge gelegen, exsemps 2 bomen gemerkt 'H',
staande op het zelve land, gelegen op Koetmansland, hebbende aan de oostkant Jan Hekhuis en aan de westkant de wedw Albert Kostersland, en zulks zoo en als het verkoopster in eigendom heeft bezeten, voor de som van 622 guldens, en dat aan handen
en ten profijte van Borghard Nathan en zijn vrouw [T0079_INV10_p037].

1789-12-22: Schuldbekentenis door Borchart Nathan en zijn vrouw Berendina Blogh wegens ontvangen penningen, schuldig aan Hendk Boeschen een som van 500 guldens, stellende een hypotheek met onderpand op het huis met de landerijen, zoals zij het
gekocht hebben van de wedw Albert Kosters. Akte werd doorgehaald bij royement van 3 juni 1790 [T0079_INV10_p067vp].

1790-05-24: Borchard Nathan en zijn vrouw Berendina Marcus, welke verklaarden schuldig te wezen aan Salomon Abrahams, woonachtig te Almelo, wegens geleverde manufacturen en lijwaten, een som van 391 guldens, bij dezen ten profijte van meer
gemelde Salomon Abrams te paseren vrijwillig verwin op alle hare comparants mobile effecten en winkelwaren, zonder enige uitzonderinge, daarbij stellende het volgende discreet:
Op 4 juni 1790 zijn verschenen Borghard Nathan en zijn vrouw Berendiena Marcus Blogh, welke verklaarden wegens ontvangen penningen schuldig te wezen aan de koopman Gerrit Hagedooren AZ, wonende te Almelo, een som van 500 guldens, beloven zij
comparanten de zelve met 3 zulks guldens en 10 stuivers van ieder honderd jaarlijks te verrenten, etc, etc, stellen hypotheek en onderpand op hun huis met de landerijen zo en als zij het hebben aangekocht van de weduwe Albert Kosters
[T0079_INV10_p081].

1810-09-20: Verschenen zijn Borchart Nathan en zijn vrouw Berendina Marcus Bloch, welke verklaarden oprecht en deugdelijk schuldig te zijn aan Salomon Davinds, woonachtig te Almelo, een som van 196 guldens, welke penningen zij zich niet in staat
bevinden zo spoedig als wel gerequireerd word te voldoen, zij tot voorkoming van onkosten te rade en genoodzaakt zijn geworden zijn geworden bij dee voorgemelde som, en daar op te verlopene rente a 4 procent jaarlijks te passeren vrijwillig
verwin of condemnatie op alle hunnen compartens mobilia, vee, gewassen en koopmansschappen, niets uitgezonderd ten profijte van Salomon Davids. [T0079_INV21_p004]

Woonde te Vriezenveen (07-09-1813). 
Maseritscher, Borchard (I20117)
 
1706 1781-04-28: Henderik Gerrits, woont te Bruinehaar, enigszins zwak van lichaam bevonden, is testator. Benoemd zijn zus Aaltien Gerrits te Vriezenveen, ev Jan Gerrits, tot universeel erfgenaam. Als legataris worden benoemd broer Freederik Gerrits
te Siculo van 200 gulden, broer Engbert Gerrits voor 20 gulden, broer Jan Gerrits voor 20 gulden, zus Maria Gerrits te Erm in Drenthe voor 20 gulden, Gerrit, zv broer Engbert Gerrits, van borstrok met zilveren knopen, Jan Gerrits [?] voor 20
gulden en Jenneken Gerrits [?] voor 20 gulden en de zoon [?] van Jan Gerrits van de kiste. Verder wordt Freederik Jan Jansen, ev Dienaa Gerrits en nicht testator, voor 100 gulden, koe en geit, eindelijk nog aan Freederik Gerrits zodanig stuk
veengrond aan de zgn middelsten dijk gelegen [T0079_INV8_p198].

1781-05-30: Hendrik Gerrits, woont te Bruinehaar, zwak van lichaam bevonden, is testator. Hij herroept en vernietigt alle voorgaande testamenten. Benoemd zijn zus Altien Gerrits te Vriezenveen, ev Jan Gerrits, tot universeel erfgenaam. Als
legataris worden benoemd broer Freederik Gerrits te Siculo van 150 gulden, broer Engbert Gerrits voor 20 gulden, broer Jan Gerrits voor 20 gulden, zus Maria Gerrits te Erm in Drenthe voor 100 gulden, Gerrit, zv broer Engbert Gerrits, van borstrok
met zilveren knopen, Jan Gerrits [?] voor 20 gulden en Jenneken Gerrits [?] voor 50 gulden en de zoon [?] van Jan Gerrits van de kiste. Verder wordt Freederik Jan Jansen, ev Dina Gerrits en nicht testator, voor 100 gulden, koe en gust beest,
meden nog aan Freederik Gerrits zodanig stuk veengrond aan de zgn middelsten dijk gelegen (Testament Hendrik Gerrits) [T0079_INV8_p204]. 
Smit, Hendrik (I4533)
 
1707 1781-04-xx: Diena Normeule, wedw Jan Clomp, welke verklaarde verkocht te hebben 6 wanden bouw of zaailand roede maat, op het ooster stuk in de landerijen van voornd Diena Normeule, wedw Jannes Clomp gelegen, boven zijn aanvang nemende en
binnenwaarts ingaande alhier gelegen, ten profijte van Gerrit Hollandt en zijn vrouw, voor een som van 185 guldens [T0079_INV8_p200vo].

1784-07-24: Wedw Jannes Clomp, bijgestaan met Gerrit Schipper als haar voogd, verklaarde in het jaar 1784 verkocht te hebben 4 koeweiden, echter onder deze condities nog thans dat van de goorden so verkoopster aan Otto Fredks heeft verkocht, voor
aan zal worden afgenomen bordinaire ten einde het vee in voorschn koeweiden gaande zich behoorlijk daarop voor het hekke kunnen verenigen, zullen de gemelde 15 ... tot dienst van het gehele land in gemeeschap blijven liggen, ten profijte van
Gerrit Holland en zijn vrouw, voor een som van 120 guldens [T0079_INV9_p043vo].

1784-07-24: Wedw Jannes Clomp, bijgestaan met Gerrit Schipper als haar voogd, verklaarde in het jaar 1783 verkocht te hebben 2 wanden bouw of laagland in de landerijen van verkoopster gelegen, ten profijte van Gerrit Holland en zijn vrouw, voor
de som van 60 guldens [T0079_INV9_p045].

1784-07-24: Wedw Jannes Clomp, bijgestaan met Gerrit Schipper als haar voogd, verklaarde in het jaar 1784 verkocht te hebben een bouwgaarden, zogenaamde Hebke (?), beginnende achter dat van den zelven 16 ordenoire ..eeden ten d..ntte van het vee
en zijn afgenomen met de sloot zo er is of zal worden doorgesneden, ten profijte van Otto Freederiks en zijn vrouw, voor een som van 100 guldens [T0079_INV9_p045].

1784-07-24: Wedw Jannes Clomp, bijgestaan met Gerrit Schipper als haar voogd, verklaarde in het jaar 1783 verkocht te hebben de zogenaamde Acamp Mitalle (?) der zelve lusten en lasten, raad en onraad en de bezwaren daar liggende, onder anderen
bezwaard in de verpondinge met 4 stuivers en in de Schottinge met 1 stuiver en 8 penningen, en voorts zo en als bij verkoopster den zelven in eigendom heeft bezeten, ten profijte van Gerrit Holland en zijn vrouw, voor een som van 65 guldens
[T0079_INV9_p048].

Woonde te Vriezenveen (03-06-1764). 
Normeule, Berendina (I36137)
 
1708 1781-06-14: Testament, opgemaakt ten huize van, van Jan Gerrits(en) en zijn vrouw Altien Jansen, de 1e enigszins zwak van lichaam bevonden, de laatste bijgestaan met Antonie Bruijns als haar voogd, waarin genoemd:
- hij zijn lieve vrouw Altjen Jansen, enige en universele erfgenaam;
- zij haar lieve man Jan Gerrits, enige en universele erfgenaam [T0079_INV8_p208vo].

Woonde te Sibculo (27-08-1748); Sibculo, 't Harms (03-05-1777); Vriezenveen (01-04-1782). 
Jansen, Aaltjen (I11754)
 
1709 1781-06-23: Lambertus Peuver en Gerrit Braamer, als voogden van de onmondige kinderen van G Geerdink, welke verklaarden op 9 januari 1781 verkocht te hebben een akker turfland op de oostere hoeve, zo en als den zelven vorheen door Gerrit Geerdink
ingebruik is geweest, ten profijte van Wolter Braamer {is hij dit?} en zijn vrouw, voor een som van 112 guldens [T0079_INV8_p211vo].

Woonde te Vriezenveen (27-08-1748). 
Bramer, Wolter (I64188)
 
1710 1781-07-07: Jan Brouwer en zijn vrouw Lugerdiena Brouwer, welke verklaarden schuldig te zijn, wegens gekochte linnens aan de Heer Egbt Coster, koopman te Almelo, een som van 300 guldens, en aan de Heer Jan Olijslager, woonachtig te Amsterdam,
wegens geleende en verstrekte penningen, een som van 439 gudlens, comparanten stellen hypotheek met onderpand op hun huis, schuur en verder timmeragie, met de goorden in de landerijen van de kinderen van wijlen Henderik Evertman, nu Gerrit
Freederiks, gelegen, alsmede 5 wand bouwland op het zgn Hospesland, en 2 wand op Rutgersland, benevens 2 koeweiden in de landerijen van Gerrit Hinderiks, en 4 koeweiden in het zgn Henderik Coersland gelegen, een grasgoorden in gemelde landerijen
gelegen, een grasgoorden in het zgn Hospesland, 2 dito grasgoorden in de landerijen van de zgn Rigterage gelegen met de brink en de bomen daarop staande op de zgn Toetterije gelegen en 2,5 akker woestenland, alsmede een akker turfland op de
oostere hoeve en een akker op het zgn Superplus [T0079_INV8_p213vo]. 
Coster, Egbert (I58588)
 
1711 1781-07-24: Gerrit Luicas Hols en zijn vrouw Janna Gerrits, welke verklaarden in 1781 verkocht te hebben 4 wanden bouw of zaailand, benevens een stuk veengrond op het westere stuk van gemelden Gerrit Luicas Holsland gelegen en beginnende van de
wanden bouwland van Adam Jansen, en bovenwaarts ingaande tot de 1e Leijdijk ingaande, ten profijte van Willem Jannnink en zijn erfgenamen, voor een som van 175 guldens [T0079_INV8_p217].

1807-11-17: Op 17 november 1807 is verschenen Jan Veldhuis, alsmede namens zijnen mede voogd Albt Jannink voor deze zelven caserende beide in qualiteit als gerichtelijk aangestelde voogden over de minderjarige kinderen van wijlen Willem Jannink
en deszelfs onlangs overleden huisvrouw Harmina Veldhuis, welke verklaarden op 26 mei 1807 te hebben verkocht aan Fredrik Jan Goossink en zijn vrouw een huis en erve met 4 wanden bouwland staande en gelegen in het Westeinde el wel laatst gemelde
op Duddenland noordwaarts dezen Kerkweg, onder voorwaarden zo en in dier voegen Willem Jannink en vrouw voornoemd bij haar leven dezelven in eigendom bezeten en gebruikt hebben, en wel voor een som van 325 guldens [T0079_INV15].

Woonde te Vriezenveen (27-08-1748, 10-11-1782). 
Jannink, Willem (I36597)
 
1712 1781-11-03: Gerrit Hoogedooren Arentdz en zijn vrouw Geertruijt Pluijmers, woonachtig te Almelo, welke verklaarden schuldig te zijn aan Harmen ten Bruggencaate Lambtz en erfgenamen, een som van 800 guldens, comparanten stellen hypotheek met
onderpand op het huis, schuur en verdere timmeragie en 1,5 akker lands opgaans, onverscheiden met de weedw Egbt Berents, gelimiteerd oostzijde Albt Menderink en westzijde Berent Boerman [T0079_INV8_p219vo].

1787-05-05: Harm ten Bruggenkate Lz heeft op 6 januari 1787 verkregen gerechtelijk verwin, heeft doen veilen twee en een halven akker lands opgaans, met huis en schuur daarop staande, en toebehorende aan Gerrit Hagendoorn Az en zijn vrouw en
kinderen, koper is geworden Jannes Roehoff voor een som van 980 guldens, 11 stuivers en 8 penningen [T0079_INV10_p025vp].

Hermannus ten Bruggencate had in de kost Egbert Raphuis, welke op 28 juli 1811 te Vriezenveen overleed.

Woonde te Almelo (09-05-1745). 
ten Bruggencate, Hermen (I12573)
 
1713 1781-11-21: Leena Brouwer, kleinkind testatrice, benoemd tot universeel erfgenaam (Testament Gesiena Kruijs, wv Luicas Fronten). [Toeg0079_Inv8]

Landbouwster in 1841. 
Brouwer, Lena (I11320)
 
1714 1781-11-21: Luicas Brouwer, kleinkind testatrice, benoemd tot universeel erfgenaam (Testament Gesiena Kruijs, wv Luicas Fronten). [Toeg0079_Inv8]

1825-07-08: Notaris Warnaars, 1825, nr. 067, inventaris. 
Brouwer, Lucas (I11323)
 
1715 1782 belijdenis kerk St. Johannesga, woont Rotsterhaule. Krul, Jentje Pieters (I4674)
 
1716 1782-02-03: Tette, woont te Sint Johannesga, is gedoopt. de Vries, Tette (I2445)
 
1717 1782-09-15: Jan Hendriks Hoff en zijn vrouw Geertien Roelofs, verklaarden beide niet te kunnen schrijven, verklaarden wegens opgenomen penningen, schuldig te zijn aan de weduwe van Wolter Schipper een som van 150 guldens, comparanten stellen
hypotheek met onderpand op haar huis met 2 akkeren lands opgaans te heijde en te weijde, gelimiteerd oostwaarts Fredrik Smelt en westwaarts Hendrik Spijker [T0079_INV9_p091].

Woonde te Vriezenveen (11-03-1758). 
Berkhof, Jenneken (I7842)
 
1718 1782-09-25: Berendiena Brouwer, dochter van Jan Brouwer, als legetaris van een boek met zilveren beslag (Testament Gerrit Brouwer) [Toeg079_Inv9]. Brouwer, Berendina (I10063)
 
1719 1782-09-25: Hendrieca Fronten, dochter, universeel erfgenaam (Testament Grietien Albers, ev Gerrit Brouwer) [Toeg079_Inv9].

1789-10-28: Schuldbekentenis van Barend Fronten en zijn vrouw Henderica Fronten, welke verklaarden schuldig te zijn aan de Heer Egbert Koster en Juffrouw Judith ten Cate, echtelieden wonende te Almelo, een som van 623 guldens, hypotheek en
onderpand gesteld op hun huis, schuur en verder timmeragie, alsmede 2 akkeren lands opgaande met het daarop staande houtgewas [T0079_INV10_p055].

1793-01-26: Testament van Gerrit Brouwer {is hij dit?}, verklaarde dat het testament door hem en zijn wijlen vrouw gemaakt, zal blijven in zijne volle waarde, uitgezonderd deze navolgende veranderingen, waarin genoemd Henderika Fronten, weduwe
van Barent Fronten, en deszelfs dochters Johanna Fronten, Roelofdiena Fronten en Gesiena Fronten [T0079_INV10_p133].

1794-02-08: Henderika Fronten, wedw Barent Fronten, als moeder en wettige voogd van haar minderjarige kinder, geassisteerd met G Hospers als haar voogd, welke verklaarde te hebben verkocht aan Frerik Clump[er en zijn vrouw een halve akker
woestenland, gelegen aan de westkant van H Winter en aan de oostkant Mans Coster, onverscheiden met de koper en dat voor een som van 70 guldens [T0079_INV10_p153].

Woonde te Vriezenveen (27-08-1748, 21-03-1773). 
Fronten, Hendrika (I19730)
 
1720 1782-09-25: Johanna Fronten, als legetaris van een bijbel met zilveren beslag (Testament Gerrit Brouwer) [Toeg079_Inv9].
1782-09-25: Johanna Fronten, kleinkind (Testament Grietien Albers, ev Gerrit Brouwer) [Toeg079_Inv9].

1793-01-26: Testament van Gerrit Brouwer {is hij dit?}, verklaarde dat het testament door hem en zijn wijlen vrouw gemaakt, zal blijven in zijne volle waarde, uitgezonderd deze navolgende veranderingen, waarin genoemd Henderika Fronten, weduwe
van Barent Fronten, en deszelfs dochters Johanna Fronten, Roelofdiena Fronten en Gesiena Fronten [T0079_INV10_p133].

1816-08-19: Notaris Warnaars, 1816, nr. 276, verkoop van roerende en onroerende goederen.

Woonde te Vriezenveen (13-07-1814); Vriezenveen, Oosteinde 142 (tot 31-03-1817). 
Fronten, Johanna (I13037)
 
1721 1782-09-25: Johannes Kruijs, als legetaris van zakhorloge en het beste kleed (Testament Gerrit Brouwer) [Toeg079_Inv9].

1799-03-15: Den 15en maart 1799 hebben Jan ten Kate en Johannes Kruijs, namens de erfgenamen van Hendk Schuurman, aangegeven de erfenisse van haar wijlen oom op haar gedevolveerd den januari 1799, bestaande in een huis en 3 akkeren lands opgaans
tot aan den oldenweg, 2 halve akker woesten land en een halve akker boovenweegsland [T003.1_INV5711/T0079_INV45].

Waarschijnlijk niet in St. Petersbrug.

Verwalter-shout van Vriezenveen van 1803 tot 1805 en secretaris van Vriezenveen.

Op 22 maart 1793 lidmaat te Vriezenveen. 
Kruijs, Johannes (I10091)
 
1722 1782-09-25: Klaas Brouwer, neefje, als legetaris van de helft van de beste hemden (Testament Gerrit Brouwer) [Toeg079_Inv9]. Brouwer, Klaas (I55823)
 
1723 1782-09-25: Lutgerdiena Brouwer, nichtje (Testament Gerrit Brouwer) [Toeg079_Inv9].

Lutgerdina heeft niet getekend bij het huwelijk tussen Lucas Brouwer (haar zoon) en Grietje Kruijs.

Woonde te Vriezenveen (27-08-1748, 12-04-1812); Vriezenveen, Oosteinde 127 (27-11-1830); Vriezenveen (tot 31-01-1831). 
Brouwer, Lutgerdina (I10055)
 
1724 1782-09-25: Maggien Brouwer, nichtje, als legetaris van een half stuk onversneden linnen, dog de ooverige hemden sullen in deesen huijte verblijven (Testament Gerrit Brouwer) [Toeg079_Inv9]. Brouwer, Maggien (I36261)
 
1725 1782-09-25: Roelofdiena Fronten, als legetaris van een bijbel met zilveren beslag (Testament Gerrit Brouwer) [Toeg079_Inv9].
1782-09-25: Roelofdiena Fronten, kleinkind (Testament Grietien Albers, ev Gerrit Brouwer) [Toeg079_Inv9].

1793-01-26: Testament van Gerrit Brouwer {is hij dit?}, verklaarde dat het testament door hem en zijn wijlen vrouw gemaakt, zal blijven in zijne volle waarde, uitgezonderd deze navolgende veranderingen, waarin genoemd Henderika Fronten, weduwe
van Barent Fronten, en deszelfs dochters Johanna Fronten, Roelofdiena Fronten en Gesiena Fronten [T0079_INV10_p133].

1832-10-19: Notaris Warnaars, 1832, nr. 226, testament van Roelfodina Fronten.
1834-06-14: Notaris Warnaars, 1834, nr. 101, testament van Roelofdina Fronten.

Naaister in 1835.

Woonde te Vriezenveen, Wijk 3, Oosteinde 141 (tot 07-09-1835) 
Fronten, Roelofdina (I19733)
 
1726 1782-09-25: Trientien Braamer, meid van Klaas Kruijs, als legetaris van een ordentelijke rouw (Testament Gerrit Brouwer) [Toeg079_Inv9].

1790-05-22: Testament, opgemaakt ten huize van Hendrik Bakker, van Janna Bramer, geassisteerd met F R Heek als haar voogd, waarin genoemd haar moeder, haar zwager Hendrik Bakker en haar zuster Trientjen Bramer, echtelieden [T0079_INV10_p080].

1794-12-24: Wolter Leenders en zijn vrouw Dorothea Harwig verklaren verkocht te hebben aan Hendk Bakker en zijn vrouw Trientjen Bramer 3 wand land of zo het compten heeft toebehoord, op het zogenaamde Pillenalnd, zijnde gelimiteerd oostwaarts
Berent ten Bruggencate en westwaarts Hendk Leenders, voor een som van 54 guldens [T0079_INV10_p180]

Landbouwster in 1818.

Woonde te Vriezenveen (08-05-1785); Vriezenveen, Westeinde (tot 12-05-1818). 
Bramer, Trientjen (I12508)
 
1727 1782-12-08: De wedw van wijlen Jan Brouwer, bijgestaan met Derk van Olde als haar voogd, welke verklaarde schuldig te zijn aan de Ed Jan Engberts en zijn vrouw Johanna Fredrica Scholl een som van 195 guldens, comparanten stellen hypotheek met
onderpand op 3 wanden bouwland of zaailand in en op het zgn Halooversland gelegen [T0079_INV8_p228vo].

1783-06-28: Testament van Jan Engberts en zijn vrouw Johannae Schol, de laatste bijgestaan door C A Bartelink als haar voogd, waarin genoemd:
- haar moeder Gerheerdienae Cruijs, 300 guldens, alle linnen en wollen kleren, al hetgeen tot haar lijf bhorende, ook nog al het goud en zilver van haar;
- zijn 2 broers en zuster, genaamd Jannes Engbers, Egbert ... en Jannae Engbers, ieder een som van 1000 guldens, alle deszelfs linnen en wollen kleren, zo en als tot zijnen lijve is behorende, alsmede al het zilver zo van horloges, gespen, enz;
- hij aan de kerk en armenstaat alhier, ieder een som van 100 guldens;
- hij aan de zoon van Claas Cruijs, Gerit Henderik genaamd, een som van 250 guldens;
- hij aan hun naasten bloedverwanten, een som van 3000 guldens;
- zij aan de kerk en armenstaat alhier, ieder een som van 100 guldens [T0079_INV9_p019vo].

1784-07-03: Lucas Claasen en zijn vrouw Altjen Brouwer, verklaarden schuldig te zijn aan Jan Engberts en zijn vrouw Johanna Fredrica Scholl een som van 240 guldens, comparanten stellen hypotheek met onderpand op hunne huis, met alle de landerijen
opgaans, zo en als zij het thans bewonen, gelimiteerd oostwaarts Hinr Henr, westwaarts Jan Coorts. Kantlijn akte: Jan Engberts royeert op 24 mei 1793 deze akte [T0079_INV9_p096].

1785-07-07 (?): Roelof Wolters Costers, voor hem zelfs en als vader boedelhouder en wettige voogd van zijn kinders, verklaarde wegens opgenomen penningen schuldig te zijn aan Jan Engberts {is hij dit?} en zijn vrouw, een som van 300 guldens,
comparanten stellen hypotheek met onderpand op zijn huis, zoals thans door hem wordt bewoond, met de goorden daarachter gelegen, gelimiteerd met het huis van Berent Luberts Smitt, alsmede zijn bouwland op de zogenaamde landerijen van Jan Wanders
Freriksland, zo voor hem hebben gekocht beginnende achter de bouwgoorden van Gerrit Heethuijs, zijnde de 2 westere akker met de opslag daarachter gelegen [T0079_INV9_p099].

1791-03-16: Testament van Fenneken Jansen Olijslager, weduwe van Wolter Bramer, geassisteert met Jan Engbers als haar voogd, waarin genoemd haar voogd Jan Engbers {is hij dit?}, haar zuster Jennegien/Jenneken, vrouw van Gerrit Jansen, en hun
kinderen Albert, Jannes, Jan, Janna, Hendrikje en Aleijda, Jenneken Harms Bom, vrouw van Gerrit Jansen Hospers, Grietjen Willems, wedw van wijlen Jan Wolters, Klaas Kruis, zijn vrouw en kinderen [T0079_INV10_p101].

1794-08-11: Op 11 augustus 1794 geven Hendk Arents, Jan {is hij dit?} en Jannes Engbers en Jan Costers aan dat zij gekocht hebben van de curatoren over de insolventen boedel van Hendrik Boesschen een huis, oliemolen en landerijen voor 2650
[T0003.1_INV2668].

Hij huwde met de dochter van zijn vorige chef.

Hij was lange tijd ouderling van de Hollande Hervormde Kerk te Sint-Petersburg.
Zie: Ken uw dorp en heb het lief ... Vriezenveen, blz. 183; Vriezenveners in Rusland door D.G. Harmsen, 2e druk, blz. 38/47/53/81/102/105/110.

Woonde te Vriezenveen (27-08-1748); St. Petersburg [Rusland] (1770, 01-04-1772 [lidmaat], 24-04-1774 [lidmaat]); Vriezenveen (17-02-1782, 17-03-1782). 
Engberts, Jan (I10183)
 
1728 1782-12-14: Hendrica Spijker, dochter (Testament Barnardus Spijker en Gesiena Cruijs) [Toeg079_Inv9].

1789-04-15: Testament van Jan Costers en zijn vrouw Geertruijt Spijker, comparante geassisteerd met haar voogd Jan Dikkers, waarin genoemd zijn moeder, haar ouders, de kinderen van Hendrik Spijker, de kinderen van wijlen predikant Spijker, de
kinderen van Jan Vincent bij haar zuster in echte verwekt, haar zuster Hendrika Spijker, huisvrouw van Jan Vincent, dochter of dochters van Hendrika Spijker, dochters Caatje en Gesiena Spijker van haar broer Hendrik Spijker [T0079_INV10_p040].

1812-12-09: Notaris Warnaars, 1812, nr. 155, testament.

Henrica Spijker heeft niet getekend bij het huwelijk tussen Frederikus Loreij en Johanna Frederika Vincent (haar dochter).

Woonde te Vriezenveen (23-12-1779); Rijssen (14-10-1831). 
Spijker, Hendrika (I12065)
 
1729 1782-12-14: Nicolaas Gerhardus Spijker, zoon (Testament Barnardus Spijker en Gesiena Cruijs) [Toeg079_Inv9].

1789-04-15: Testament van Jan Costers en zijn vrouw Geertruijt Spijker, comparante geassisteerd met haar voogd Jan Dikkers, waarin genoemd zijn moeder, haar ouders, de kinderen van Hendrik Spijker, de kinderen van wijlen predikant Spijker, de
kinderen van Jan Vincent bij haar zuster in echte verwekt, haar zuster Hendrika Spijker, huisvrouw van Jan Vincent, dochter of dochters van Hendrika Spijker, dochters Caatje en Gesiena Spijker van haar broer Hendrik Spijker [T0079_INV10_p040].

Predikant te Almen van 14 juli 1776, kandiaat te Vriezenveen, tot 22-05-1787.

Woonde te Groningen (Vanaf 25-09-1769). 
Spijker, Klaas Gerhardus (I12220)
 
1730 1783-01-03: Berent Coerts en zijn vrouw Jenneken Schoemaaker, verklaarden verkocht te hebben in gepasseerden jare, 1782, 6 koeweiden in en op de landerijen van Berent Coerts gelegen, beginnende van dezen Kerkweg en eindigende tot aan de
zogenaamde Olden Graaven, ten profijte van Harmen Schipper en zijn vrouw, voor een som van 250 guldens, doch echter onder deze condities dat verkoperen de oostzijde en de koperen de westzijde zo met sloten plagge mooijen hooi en als vrijen op weg
benvens het houtgewas daar opstaande in vollen eigendom behouden, om te mogen houwen en poten op de westzijde, mits dat voor het overige de verkopere, de afgegravene goorden in gemelde land gelegen in vollen eigendom zullen zijn en blijven en
voor haar behoudens [T0079_INV9_p008vo].

Woonde te Vriezenveen (27-08-1748, 24-03-1771). 
Schoenmaker, Jenneken (I2985)
 
1731 1783-02-08: Hendrikje Lamberts van de Broenhaare.
1785-10-29: Hendrikje Egtberts uit Egtbertjes van de Bruine Haar.
1789-05-21: Hendrikje Engberts uit Engtberts van de Bruine Haar.
1794-03-28: Hendrikje Egtberts uit Magelde. Woonde te Bruinehaar (09-02-1783); Emmelenkamp. 
Lamberts, Hendrikjen (I53227)
 
1732 1783-03-30: Jan Klaasen, woont te Anderen, is bruidegom.
1784-02-15: Jan Klaasen, woont te Anderen, is vader. 
Klaasen, Jan (I238)
 
1733 1783-04-27: Renske Jans, woont te Franeker, is bruid.
1783-10-15: Reinske Jans, woont op 't Vliet te Franker, is moeder. 
Jans, Renske (I251)
 
1734 1783-09-26: Testament van Freederik Santboer en zijn vrouw Fenneken Jansen, enigszins ziek van lichaam, bijgestaan door Wiegger Jansen als hun voogd, waarin genoemd:
- hij aan zijn vader Alb Sandboer;
- hij aan zijn naaste bloedverwanten, 1000 guldens;
- zij aan Henderik Gerrits Menne, 400 guldens;
- aan de diaconie en armenstaat alhier, 25 guldens;
- aan de kerk alhier, 25 guldens [Toeg079_Inv9]. 
Menne, Hendrik (I34695)
 
1735 1783-11-20: Jan Berkhoff, Gerrit Freriks en Claas Claasen, als voogden van de Producus (?) Jan Feijer, alsmede van de minderjarige dochter Jannetje Feijer, voorts Lammert Kelder, en zijn huisvrouw Hendrikje Feijer, Albert de Boer en zijn vrouw
Hendrika Feijer, alsmede Jannes Bramer en zijn vrouw Gerhardijna Feijer, welke gezamenlijk verklaarden schuldig te zijn, wegens verstrekte en voor Jan Feijer te Almelo betaalde penningen, een som van 400 guldens aan Wieger Jansen en zijn vrouw,
comparanten stellen hypotheek met onderpand op het huis met het land opgaans, zo door Jan Feijer en kinder is bewoond en gebruikt geweest, gelimiteerd tussen de wed Barend van Olde en Barend Hendriks [T0079_INV9_p114].

1787-02-09: Testament Hendrik Fikkert, opgemaakt ten huize van Mettijn Bramer, waarin genoemd zijnen Jan Fikkert, zijn zoons kinderen Johanna en Lena, zijn broers zoon Hendrik Fikkert Derkz, Gerritdina Feijijers (zo hij aan haar te goed heeft),
weduwe van wijlen Jannes Bramer [T0079_INV10].

1791-01-20: Ger Hospers en Albert Harmsen, voogden over de minderjarige kinderen van wijlen Albert Jansen Scheper, en Jan Otten Holland en zijn vrouw Aaltjen Albers, verklaarden op 23 april 1790 verkocht te hebben aan Lucas Jansen en zijn vrouw
Gerritdina Feijer, alhier te Vriezenveen gelegen op het land van Alber Jansen Scheper, van den Kerkweg tot den ouden Graaven toe, met het aan part van het weeke houdt dat in de koeweiden staat, voor een som van 55 guldens [T0079_INV10_p098].

1795-02-02: Albert Harmsen en Gerrit Hospes, als voogden over de minderjarige kinderen van wijlen Albert Jansen Scheper, alsmede Jan Otten Holland en zijn vrouw Aaltjen Albers, F Jansen en zijn vrouw Gerridina Albers en Berend Albers, welke
verklaarden op 15 april 1794 verkocht te hebben 2 gaardens in de Buiterweg, gelegen in het land van Albert Jansen Scheper, aan Lucas Jansen en zijn vrouw Geridina Feijer, voor een som van 53 guldens [T0079_INV10_p186].

Woonde te Vriezenveen (22-02-1789); Vriezenveen, Oosteinde 77 (tot 25-01-1813). 
Faijer, Gerritdina (I1119)
 
1736 1783-11-20: Jan Berkhoff, Gerrit Freriks en Claas Claasen, als voogden van de Producus (?) Jan Feijer, alsmede van de minderjarige dochter Jannetje Feijer, voorts Lammert Kelder, en zijn huisvrouw Hendrikje Feijer, Albert de Boer en zijn vrouw
Hendrika Feijer, alsmede Jannes Bramer en zijn vrouw Gerhardijna Feijer, welke gezamenlijk verklaarden schuldig te zijn, wegens verstrekte en voor Jan Feijer te Almelo betaalde penningen, een som van 400 guldens aan Wieger Jansen en zijn vrouw,
comparanten stellen hypotheek met onderpand op het huis met het land opgaans, zo door Jan Feijer en kinder is bewoond en gebruikt geweest, gelimiteerd tussen de wed Barend van Olde en Barend Hendriks [T0079_INV9_p114].

1792-01-07: Berend Bramer en zijn vrouw Berendina Boeschen, voor haar zelfs en als voogden van de kinderen van wijlen Jannes Bramer, verkopen 3 vierendeel akker turfland, gelegen op de Supperplus, onverscheiden met Henderikus Jonkman, voor een
som van 76 guldens [T0079_INV10_p120].

Jannes is de tweeling broer van Klaes. Woonde te Vriezenveen. 
Bramer, Jannes (I1616)
 
1737 1783-11-20: Jan Berkhoff, Gerrit Freriks en Claas Claasen, als voogden van de Producus (?) Jan Feijer, alsmede van de minderjarige dochter Jannetje Feijer, voorts Lammert Kelder, en zijn huisvrouw Hendrikje Feijer, Albert de Boer en zijn vrouw
Hendrika Feijer, alsmede Jannes Bramer en zijn vrouw Gerhardijna Feijer, welke gezamenlijk verklaarden schuldig te zijn, wegens verstrekte en voor Jan Feijer te Almelo betaalde penningen, een som van 400 guldens aan Wieger Jansen en zijn vrouw,
comparanten stellen hypotheek met onderpand op het huis met het land opgaans, zo door Jan Feijer en kinder is bewoond en gebruikt geweest, gelimiteerd tussen de wed Barend van Olde en Barend Hendriks [T0079_INV9_p114].

Officieel werden Lambert en Hendrikje uitgeschreven en attest gegeven naar Vriezenveen op 14 september 1773. Lambert komt voor als keurnoot in het gerigt en wordt ook verhoord in de contentieuze rechtspraak wanneer de Vriezenveners weer eens een
strooptocht houden naar Sibculo in 1785. Hij geeft dan ook aan in Sibculo geboren en getogen te zijn [bron: E-mail G. Hemstede].

Woonde te Sibculo (21-08-1773, 1814); Sibculo 2 (tot 30-10-1815). 
Kelder, Lambert (I36061)
 
1738 1784-03-14: Hendrik Hekhuis, woont te Getelo, is vader van bruidegom Jan Hekhuis. Hekhuis, Hendrik (I11518)
 
1739 1784-03-14: Swenne Bouman, woont te Hilten, is bruid. Dochter van wijlen Albert Bouman. Bouman, Swenne (I38230)
 
1740 1784-07-07 (?): Gesina van den Poll, wedw Ad Henr Bartelink, bijgestaan met Harmen Berents als haar voogd, alsmede C A Bartelink, voor hem zelfs en als gevolmachtigde van zijn vrouw Alejda Bartelink, welke verklaarden in de maand juni 1785, ten
aanzien van de minderjarige als over voogd Heer, verkocht te hebben en de daarvan nu bij dezen doende gerechtelijke cessie, transport en overdracht hare eigen toebehorende zo genaamde Gloepe met het daarop staande houtgewas met de goorden daaraan
liggende, uitstrekkende tot aan de Waterleijdink, zo en als de zelver omgraven is gelegen in het zogenaamde Scheepersland, gelimiteerd oostwaarts Hinr Berents en westwaarts de Steege van gemelde Scheepersland, zo en in diervopegen als wij
verkoperen den zelven in de maand november 1779 van Gerrit Willem Camp en zijn vrouw hebben aangekocht, met een bekwame opweg om te mogen varen en drijven in en uit denzelven, en is de voorn goorden bezwaart in elken deel verpondingen 2 stuivers
en 2 penningen en ieder schattinge 8 penningen, met de halve water stroom te ruimen ten westen tegens de goorden, ende zulks aan landen en de ten profijte van Jan Alberts, voor een som van 100 guldens [T0079_INV9_p097].

1785-11-26: C.A. Barteling, oudste zoon testatrice, door zijn moeder ontorven wegens ongehoorzaamheid jegens zijn moeder en slecht gedrag in het algemeen (Testament Hendrik Winkel en Janna Bramer) [Toeg0079_Inv9].

1789-05-09: Kopie alhier geregistreerd van het testament tussen wijlen Ad Hend Bartelink en zijnen nog in leven zijnde huisvrouw Gesina van der Poel, op 1 december 1780 opgericht en op dato voor het gerecht van Vriezenveen geapprolieert en
geconfirmeert en geratificaaert, en zijnde op 9 mei 1789 ter instantie en presentie van de weduwe Ad Hendr Bartelink en naaste bloedverwanten van de overledenen gerechtelijk geficiteerd, geopend en uitgelzen na als de zegels ongeschonden bevonden
waren, luiden als volgt:
Testament van Adolph Hendr Bartelink en Gesina van der Poel, echtelieden, testator geassisteerd met Bernardus Stok als zijn voogd, waarin genoemd Christjaan Adolph Bartelink, Jan Reint Bartelink, Gerhard Jan Bartelink, opgemaakt 1 december 1780.
Testament van Adolph Hendrik Bartelink en Gesiena van der Poel, testatrice geassisteerd met Bernardus Stok als haar voogd, waarin genoemd [T0079_INV10_p043vo].

Secretaris te Vriezenveen in 1782.

Woonde te Vriezenveen (18-09-1782, 12-11-1782). 
Bartelink, Christiaan Adolph (I19827)
 
1741 1784-07-16: Roeloff Wieggers en zijn zoon Jan Wieggers, verklaarden schuldig te zijn aan Wiegger Jansen, Jannes Engbers en Lambt Harwig, wegens voor haar aan diverse personen verstrekte penningen, een som van 1702 guldens, 11 stuivers en 12
penningen, comparanten passen vrijwillig verwin op alle derzelver mobilaire en inmobilaire goederen of vaste goederen, niets van dien hoe ook genaamd uitgezonderd [T0079_INV9_p062].

1785-10-15: Roeloff Wieggers en zijn zoon Jan Wieggers, alsmede zijn dochter Jenneke Wieggers, welke verklaarden schuldig te zijn aan de Scholtus J H Dikkers, wegens ruijgstandige en verlopene landsmiddelen, tot het jaar 1784 ingesloten, een som
van 240 guldens en 16 suitvers, te passeren vrijwillig verwin op alle derzelven mobilaire en onmobilaire goederen,of vaste goederen, niets van dien hoe genaamd uitgezonderd [T0079_INV9_p105].

1785-12-15: Roelof Wieggers en zijn zoon Jan Wieggers, alsmede zijn dochter Jenneke Wieggers, welke verklaarden wegens opgenomen penningen schuldig te zijn aan de Procureur Jan Willem Starivior, en Berent Wieggers als voogden, of voogden van de
innocente kinderen van wijlen Pieter Willem Harwich, een som van 433 guldens, comparanten stellen hypotheek met onderpand op haar huis met 2 akkeren lands opgaans, 1,5 akker boverweesland, 2 percelen woestenland, 2,5 wand bouwland op Wiegger
Lammertsland, 2 akker op het zgn Scholsland, 1 akker op Jan ten Caateland, benevens ruim 3 wand bouwland op hetzelfde land, 1 akker in Albertsland, van de Oldenweg hen buijten [T0079_INV9_p107].

1786-06-19: 2 koopakten [T0079_INV10].

1815-06-26: Notaris Warnaars, 1815, nr. 86, royement. 
Wichers, Jan (I12182)
 
1742 1784-07-16: Roeloff Wieggers en zijn zoon Jan Wieggers, verklaarden schuldig te zijn aan Wiegger Jansen, Jannes Engbers en Lambt Harwig, wegens voor haar aan diverse personen verstrekte penningen, een som van 1702 guldens, 11 stuivers en 12
penningen, comparanten passen vrijwillig verwin op alle derzelver mobilaire en inmobilaire goederen of vaste goederen, niets van dien hoe ook genaamd uitgezonderd [T0079_INV9_p062].

Woonde te St. Petersburg [Rusland] (01-04-1772 [lidmaat]). 
Harwig, Lambert (I66221)
 
1743 1784-07-24: Wedw Jannes Clomp, bijgestaan met Gerrit Schipper als haar voogd, verklaarde in het jaar 1784 verkocht te hebben een bouwgaarden, zogenaamde Hebke (?), beginnende achter dat van den zelven 16 ordenoire ..eeden ten d..ntte van het vee
en zijn afgenomen met de sloot zo er is of zal worden doorgesneden, ten profijte van Otto Freederiks en zijn vrouw, voor een som van 100 guldens [T0079_INV9_p045].

1811-05-01: Otto Coes, molenaar, woont te Vriezenveen [T0021.1_Inv318-blz04]
1811-12-03: Otto Coes, 48, kuiper, woont te Vriezenveen, is getuige bij aangifte geboorte van Otto Coes [kleinzoon].

1814-04-18: Notaris Warnaars, 1814, nr. 310, testament (Otto Coes).
1818-11-16: Notaris Warnaars, 1818, nr. 252, borgsom.
1831-05-31: Notaris Warnaars, 1831, nr. 101, royement.

Gerichtsassessor in 1789-1790/1798, keurnoot in 1801, kuiper in 1817/1820.

Woonde te Vriezenveen (02-05-1784, 05-04-1817); Vriezenveen, Oosteinde 185 (tot 01-05-1820).

Otto Koes heeft niet getekend bij het huwelijk tussen Zwerus Evers en Hendrikjen Gerrits (zijn dochter).

Otto Koes (54 jaar, kuiper te Vriezenveen) was waarschijnlijk getuige bij het huwelijk tussen Gerrit Stenvers (onverwant) en Hendrina Wolthuis (onverwant) en tussen Gerhardus Abbink (onverwant) en Johanna Harms (onverwant), beide op 5 april 1817
[tevens de huwelijksdag van zijn dochter Jenneken Koes] te Vriezenveen afgesloten.

Otto Coes (54 jaar, kuiper te Vriezenveen) was waarschijnlijk getuige bij het huwelijk tussen Gerhardus Bernardus Elfers (onverwant) en Anna Maria Schepers (onverwant), op 22 november 1817 te Vriezenveen afgesloten. 
Otten, Otto (I10497)
 
1744 1784-08-03: Jenneken Koerts, wv Lucas de Vries, nicht (Testament Jan Costers en Aaltien Braamer) [Toeg079_Inv9].

1791-05-10: Jenneken Koers, weduwe Lucas de Vries, geassisteerd met Frerik van den Bosch als haar voogd, verklaarde schuldig te zijn aan haar 4 kinderen, een som van 800 guldens, hypotheek en onderpand stelt alle hare vaste goederen onder dezen
gerecht gelegen, niet alleen, maar ook alle hare mobile goederen, geen daar van uitgezonderd [T0079_INV10_p108].

1794-04-04: Barend Coers en Frerik Bos, als voogden over de nagelatene kinderen van wijlen Lucas de Vries en vrouw Jenneken Coers, welke verklaarden op 2 juli 1793 verkocht te hebben de kinderen eigen toebehorende huis, staande op het Pastorijen
erve over de kerk alhier, alles ingevolge de voor.. conditien, zo mag dit huis door de eigenaren nooit worden afgebroken of verplaatst, alsmede moeten de eigenaren jaNOTE Religie:jks en dus ieder jaar op Martinie aan den tijdelijken predikant van
Vriezenveen, voor dezelfs huisplaats vromelijk betalen een som van 3 gulden en 4 stuiver, voor een som van 300 guldens, ten profijte van Frerik Harms en zijn vrouw [T0079_INV10_p156].

Woonde te Vriezenveen (27-08-1748, 21-03-1773). 
Coerts, Jenneken (I12155)
 
1745 1784-09-04: Hinderik Nieuwenhuijs, woonachtig te Borne, nevens Metien Pot, wedw Willem Post, bijgestaan met C A Bartelink als haar voogd (Akte van renuntiatie Metien Pot, wv Willem Post) [T0079_INV9_p056].

1784-09-04: Testament Henderik Henderiksen Nieuwenhuijs en zijn vrouw Grietien Willems Post, woonachtig onder Borne, beide gezond van lichaam, de laatste bijgestaan met Harmen Schipper als haar voogd, waarin genoemd:
- hun naaste bloedverwanten, 250 guldens;
- zijn vader Hinderik Nieuwenhuijs, afstand gedaan van legitieme portie volgens bij akte van 4 september 1784;
- Mettien Post, wedw Willm Post, afstand gedaan van legitieme portie bij akte van 4 september 1784 [T0079_INV9_p058vo].

Woonde te Borne (15-05-1783). 
Nieuwenhuijs, Hendrik Hendriksen (I15758)
 
1746 1784-09-04: Testament Henderik Henderiksen Nieuwenhuijs en zijn vrouw Grietien Willems Post, woonachtig onder Borne, beide gezond van lichaam, de laatste bijgestaan met Harmen Schipper als haar voogd, waarin genoemd:
- hun naaste bloedverwanten, 250 guldens;
- zijn vader Hinderik Nieuwenhuijs, afstand gedaan van legitieme portie volgens bij akte van 4 september 1784;
- Mettien Post, wedw Willm Post, afstand gedaan van legitieme portie bij akte van 4 september 1784 [T0079_INV9_p058vo].

Woonde te Vriezenveen (27-08-1748, 15-05-1783, tot 04-08-1824). 
Post, Grietjen (I21214)
 
1747 1784-12-01: Testament van Berend Braamer en zijn vrouw Berendiena Boesschen, de laatste enigszins zwak van lichaam, bijgestaan met C A Bartelink als haren voogd, waarin genoemd:
- zijn ouders Hendk Braamer en Janna Jansen;
- hun naaste bloedverwanten, alle linnen als wollen klederen en al hetgeen wat tot haren lijf behorende linnen en wollen;
- beide aan de diaconie, 50 guldens [T0079_INV9_p063vo].

1789-12-23: Op 23 december 1789 zijn verschenen de meerderjarige erfgenamen van Hendr Boeschen, als Frerik Harms en zijn vrouw Jenneken Boeschen, Berend Bramer en zijn vrouw Berendina Boeschen, Henderik Boeschen en zijn vrouw Berendina
Olijslager, Harmanus Boeschen, en voor de minderjarige kinderen de voogden Harmanus Boeschen en Barend Berkhof, verklaarden verkocht te hebben aan Jan Berends Bramer 2 wanden land, op Jasper Onweersland, voor een som van 76 guldens en 10 stuivers
[T0079_INV10_p068vo].

1790-01-07: Testament van Hendrikus Jonkman en zijn vrouw Metjen Bramer, geassisteerd met haar broer Berend Bramer als haar voogd, waarin genoemd Jan Jonkman en zijn vrouw Jennigien Albers [T0079_INV10_p078vo].

1792-01-07: Berend Bramer en zijn vrouw Berendina Boeschen, voor haar zelfs en als voogden van de kinderen van wijlen Jannes Bramer, verkopen 3 vierendeel akker turfland, gelegen op de Supperplus, onverscheiden met Henderikus Jonkman, voor een
som van 76 guldens [T0079_INV10_p120].

1801-02-03: Den 3 februari 1801 heeft Klaas Braamer, namens Beerent Braamer in den 50sten pennink aangegeven een aankoop van een huis, wer aan bewoond door Jannes Post met den gehelen brink en grasland en goordenland tot aan het bouwland met 3
wanden bouwland daaraan volgende en 2 koeweiden, alles liggende in het land van Jannes Pot en van den selven in het voorleden jaar 1800 aangekocht voor 650-0-0 [T003.1_INV5711/T0079_INV45].

1801-02-03: Den 3 februari 1801 heeft Klaas Braamer in den 50sten pennink aangekocht van een huis, wel een bewoond door Jannes Post, met de brink en gras en goordenland tot aan het bouwland, met 3 wanden bouwland daar aan volgende en 2 koeweiden,
alles liggende in het land van Jannes Post in het voorleden jaar 1800 van Berend Bramer overgenomen voor 650-0-0 [T003.1_INV5711/T0079_INV45]

1805-01-02: Den 2 jan 1805 heeft Aleida Agterland in den 50sten penn aan een aankoop van een half huis met een 4e part van de gehele brink met 2 wanden bouwland, een koeweide en ongeveer 325 treden goordenland, samen aangekocht in den voorleden
jaare van Bt Bramer voor 474 guldens [T003.1_INV6012/T0079_INV45].

1806-01-07: Op 7 januari 1806 zijn verschenen Berend Bramer en zijn vrouw Berendina Boeschen, welke verklaarden op 28 december 1804 te hebben verkocht aan Jan Agterland en Aleida Agterland, een half huis, aan de westzijde, met 1/4 deel van de
brink, 2 wanden bouwland, 1 koeweide en de beide gaarden achter de waterleidijk, voor 474 guldens [T0079_INV15].

1813-04-28: Notaris Warnaars, 1813, nr. 66 (Gerhardus Jansen, voorheen Dekker).
1814-04-30: Notaris Warnaars, 1814, nr. 322, borgsom.

Landbouwer in 1813.
Woonde te Vriezenveen (27-08-1748, 17-01-1773, 26-01-1783, tot 31-12-1813). 
Bramer, Berend (I10959)
 
1748 1784-12-01: Testament van Berend Braamer en zijn vrouw Berendiena Boesschen, de laatste enigszins zwak van lichaam, bijgestaan met C A Bartelink als haren voogd, waarin genoemd:
- zijn ouders Hendk Braamer en Janna Jansen;
- hun naaste bloedverwanten, alle linnen als wollen klederen en al hetgeen wat tot haren lijf behorende linnen en wollen;
- beide aan de diaconie, 50 guldens [T0079_INV9_p063vo].

1789-12-23: Op 23 december 1789 zijn verschenen de meerderjarige erfgenamen van Hendr Boeschen, als Frerik Harms en zijn vrouw Jenneken Boeschen, Berend Bramer en zijn vrouw Berendina Boeschen, Henderik Boeschen en zijn vrouw Berendina
Olijslager, Harmanus Boeschen, en voor de minderjarige kinderen de voogden Harmanus Boeschen en Barend Berkhof, verklaarden verkocht te hebben aan Jan Berends Bramer 2 wanden land, op Jasper Onweersland, voor een som van 76 guldens en 10 stuivers
[T0079_INV10_p068vo].

1792-01-07: Berend Bramer en zijn vrouw Berendina Boeschen, voor haar zelfs en als voogden van de kinderen van wijlen Jannes Bramer, verkopen 3 vierendeel akker turfland, gelegen op de Supperplus, onverscheiden met Henderikus Jonkman, voor een
som van 76 guldens [T0079_INV10_p120].

1806-01-07: Op 7 januari 1806 zijn verschenen Berend Bramer en zijn vrouw Berendina Boeschen, welke verklaarden op 28 december 1804 te hebben verkocht aan Jan Agterland en Aleida Agterland, een half huis, aan de westzijde, met 1/4 deel van de
brink, 2 wanden bouwland, 1 koeweide en de beide gaarden achter de waterleidijk, voor 474 guldens [T0079_INV15].

Woonde te Vriezenveen (26-01-1783, 31-12-1813, tot 05-03-1830).

1814-01-26: Notaris Warnaars, 1814, nr. 233, publieke verkoop van onroerende goederen.
1814-01-27: Notaris Warnaars, 1814, nr. 234, benoeming van een command.
1814-04-30: Notaris Warnaars, 1814, nr. 322, borgsom.
1814-05-07: Notaris Warnaars, 1814, nr. 336, kwitantie aan de minute sub nr. 233.

Zie: Notaris, Warmink te Almelo, akte 1814/233, verkoop huis met nr. 79. 
Boeschen, Berendina (I10951)
 
1749 1784-12-01: Testament van Berend Braamer en zijn vrouw Berendiena Boesschen, de laatste enigszins zwak van lichaam, bijgestaan met C A Bartelink als haren voogd, waarin genoemd:
- zijn ouders Hendk Braamer en Janna Jansen;
- hun naaste bloedverwanten, alle linnen als wollen klederen en al hetgeen wat tot haren lijf behorende linnen en wollen;
- beide aan de diaconie, 50 guldens [T0079_INV9_p063vo].

Volgens Kruys, Oosteinde 12, gedoopt op 27-08-1719. Ik vraag mij af of dat wel klopt.

Woonde te Vriezenveen (27-08-1748). 
Post, Janna Jansen (I5560)
 
1750 1785, 1790 te Oudehaske 11.
1800 van Oudehaske naar Rottum 7.
1800 van Tjalleberd naar Oudehaske?
1805 nieuw te Luinjeberd 15, gealimenteerd.
Veenbaas (Oudehaske 1792). (Kroes) 
de Wit, Theeuwes Jacobs (I4149)
 

      «Vorige «1 ... 31 32 33 34 35 36 37 38 39 ... 1755» Volgende»